Paulus (3): Zijn hart
Filippi 1 vers 8 “Want God is mijn getuige hoezeer ik naar u allen verlang met [het] hart van Christus Jezus” (Fil. 1:8). Hier zien we iets van innige gevoelens van Paulus voor de gelovigen in Filippi en hij roept God aan als getuige. Wie is een grotere getuige dan Hem, Die als enige de harten kent en die ook onze diepste gevoelens kent? Dit toont ons hoe diep en hoe echt de gevoelens van Paulus voor de gelovigen in...
Paulus (2): Zijn vertrouwen
Filippi 1 vers 5-6 Paulus had een bijzonder hartelijke band met de gelovigen in Filippi en dit kwam vooral tot uiting in zijn gebeden voor hen. Hoe hij voor hen dankte als hij aan hen dacht, en hoe hij ook voor hen bad en hoezeer hij het gebed voor hen met vreugde deed. Filippi 1 vers 5 laat ons nu ook zien waarom vreugde in zijn hart was, namelijk “… wegens uw gemeenschap met het evangelie van de eerste dag...
Paulus (1): Gebed voor de Filippenzen
Filippi 1 vers 3-4 “Ik dank mijn God telkens als ik u gedenk, altijd in elk gebed van mij voor u allen met blijdschap biddend.” (Fil. 1:3-4). Bij het lezen van de Bijbeltekst valt meteen op hoe vaak Paulus in dit vers de woorden “alle” of “altijd” gebruikt1. Hij had dus reden om te danken toen hij aan de Filippenzen dacht en hij zei: “Ik dank mijn God.” Dat wil zeggen, het gebed voor de Filippenzen was uit gemeenschap met...
Openbaring 19 vers 9
“En hij zei tot mij: Schrijf: gelukkig zij die geroepen zijn tot het bruiloftsmaal van het Lam. En hij zei tot mij: Dit zijn de waarachtige woorden van God.” Een bruiloftsmaaltijd kan niet beperkt blijven tot de bruidegom en de bruid; vanzelfsprekend horen daar ook de gasten bij. Niet alleen zal de gemeente de bijzondere plaats van zegening binnengaan waarvoor zij is uitverkoren, maar er zullen ook degenen zijn die gezegend en geroepen zijn tot deze bruiloftsmaaltijd. Op deze bruiloftsmaaltijd vertegenwoordigen de...
De eerste decennia van het christendom (42)
Handelingen 21 vers 15-40; 22 vers 1-16 Hoofdstuk 21 vers 15-40 Vers 15-29 Paulus verliet Caesaréa, vergezeld van enige discipelen van die plaats en van Mnason, een Cyprioot, een oude discipel, bij wie zij in Jeruzalem zouden logeren. Toen zij in die stad aankwamen, werden zij met vreugde door de broeders verwelkomd. Waarschijnlijk waren de broeders daar ook blij, dat ze de vraag die hen bezighield, konden behandelen. Zij wensten van Paulus de verzekering te krijgen, dat hij zelf ook...
De eerste decennia van het christendom (41)
Handelingen 20 vers 31-38; 21:1-14 Vers 31-38 Drie jaar lang had Paulus niet opgehouden elk van hen met tranen terecht te wijzen. De oudsten moesten nu blijven waken op dezelfde wijze en in dezelfde geest als Paulus in hun midden had gedaan. Tijdens zijn driejarig verblijf in Efeze hadden zij de gelegenheid “zijn leer, zijn wijze van doen, zijn bedoeling …” (zie 2 Tim. 3:10) te leren kennen, drie dingen waarop hij wees aan het begin van zijn afscheidsrede. Hij...
De eerste decennia van het christendom (40)
Handelingen 20 vers 17-30 Vers 17-21 De toespraak van Paulus tot de oudsten van Efeze heeft betrekking op de gehele gemeente en is een belangrijke mijlpaal in de geschiedenis van de gemeente. Zijn bediening in Azië was voltooid. Hij stond op het punt te vertrekken en de gemeenten achter te laten zonder het apostolisch gezag en de zorg die hij hun met zoveel liefde en toewijding had gegeven. Hij droeg ze niet over aan andere apostelen. Hij gaf hun geen...
De eerste decennia van het christendom (39)
Handelingen 19 vers 21-40; 20 vers 1-16 Hoofdstuk 19 vers 21-40 Vers 21-22 Nu kwam er een einde aan de tijd van de apostel in openbare dienst. Paulus nam zich voor naar Jeruzalem te gaan nadat hij door Macedonië en Achaje was getrokken, en zei: “Nadat ik daar ben geweest, moet ik ook Rome zien.” Maar hij bleef nog een tijdje in Azië nadat hij Timotheüs en Erastus naar Macedonië had gestuurd. Dit verlangen van hem om Rome te zien...
De eerste decennia van het christendom (37)
Handelingen 17 vers 32-34; 18 vers 1-11 Hoofdstuk 17 vers 32-34 Vers 32-34 Paulus besloot zijn toespraak in Athene met de verkondiging van drie grote feiten: God beveelt nu alle mensen, waar ook ter wereld, zich te bekeren; God zal op een bepaalde dag de wereld in gerechtigheid oordelen; God heeft een Man tot rechter aangesteld, en Hem uit de doden opgewekt als zeker bewijs van dit feit. “Toen zij nu van een opstanding van doden hoorden, spotten sommigen; en...
Paulus spreekt tot de oudsten van Efeze (2)
Handelingen 20 vers 21-27 In het eerste deel van zijn toespraak tot de oudsten van Efeze (vs. 17-27) stelt de apostel hun, naast de wijze waarop hij onder hen had gewerkt, de boodschap voor die hij in zijn dienst had verkondigd. We kunnen vier aspecten onderscheiden: 1) Bekering tot God en geloof in de Heer Jezus “… terwijl ik zowel aan Joden als Grieken de bekering tot God en het geloof in onze Heer Jezus Christus betuigde” (vs. 21). Dit...