Psalm 141 vers 2
“Laat mijn gebed als reukwerk voor Uw aangezicht staan, laat mijn opgeheven handen als het avondoffer zijn.” Over het algemeen beschouwen wij het gebed als een waardevol middel tot zegen voor de mensheid, maar zelden denken wij eraan, dat het iets is dat Gods hart verblijdt. Er zijn boeken geschreven over “altijd bidden en de moed niet verliezen” (verg. Luk. 18:1), maar daarin wordt zelden vermeld dat bidden een handeling is die de Vader welgevallig is. Het is heel duidelijk...
Lukas 8 vers 24-25
“… Hij echter stond op en bestrafte de wind en de golfslag van het water, en zij hielden op en er ontstond een stilte. Hij nu zei tot hen: Waar is uw geloof? Zij echter vreesden en verwonderden zich en zeiden tot elkaar: Wie is toch Deze, dat Hij zelfs de winden en het water gebiedt en zij Hem gehoorzamen.” De discipelen hadden de Heer wakker geschud met hun angstige uitroep: “Meester, Meester, wij vergaan!” Zouden zij werkelijk vergaan, terwijl...
Lukas 8 vers 22-24
“… Laten wij oversteken naar de overkant van het meer. En zij staken van wal. Terwijl zij nu voeren, viel Hij (d.w.z. Jezus) in slaap. En er sloeg een windstorm neer op het meer, en zij liepen vol en verkeerden in nood. Zij nu gingen naar Hem toe, wekten Hem en zeiden: Meester, Meester, wij vergaan!” Jezus heeft degenen die op Hem vertrouwen geen kalme reis door het leven beloofd, maar Hij verzekert hun een veilige aankomst in hun...
Psalm 119 vers 89 en vers 11
“Voor eeuwig, HEERE, staat Uw woord vast in de hemel.” (Ps. 119:89). “Ik heb Uw belofte in mijn hart opgeborgen, opdat ik tegen U niet zondig.” (Ps. 119:11). Dit zijn twee gouden motto’s voor de tegenwoordige tijd. Ze geven de ware plaats aan voor het Woord: “vast in de hemel” en “opgeborgen in mijn hart.” Het hart is verbonden met de troon van God door middel van Zijn eigen Woord, waardoor de christen alle stabiliteit en morele zekerheid krijgt die...
Psalm 73 vers 23-26
Asaf denkt er nog eens over na 23. Ik zal echter voortdurend bij U zijn, U hebt mijn rechterhand gegrepen. 24. U zult mij leiden door Uw raad, daarna zult U mij in heerlijkheid opnemen. 25. Wie heb ik behalve U in de hemel? Naast U vind ik nergens vreugde in op de aarde. 26. Bezwijkt mijn lichaam en mijn hart, dan is God de rots van mijn harten voor eeuwig mijn deel. Asaf was bedroefd. De omstandigheden werden hem té veel. Elke morgen...
Hooglied 4 vers 7-9
Alles aan u is mooi, Mijn vriendin, er is geen enkel gebrek aan u. Kom met Mij … U hebt Mijn hart veroverd, Mijn zuster, Mijn bruid … Het is een zegen om stil te staan bij de gedachten van de Heer over Zijn volk; om te denken aan het medelijden van de Heer, en aan Zijn meevoelende liefde. Hij verheugt Zich over Zijn bruid, en Hij spreekt van haar schoonheid en van haar bekoorlijkheid. Maar hoe kan Hij in...
Psalm 63 vers 8b
“… onder de schaduw van Uw vleugels zal ik vrolijk zingen”. Onder de schaduw van Zijn vleugels is mijn hart steeds welgemoed; Moge wank’len berg en heuvels, God, mijn helper, maakt alles goed. Of Hij ook in Zijne liefde proef na proef tot mij zendt, het is maar dat ik mij oefen, dat ‘k mijn oog naar Jezus wend. Onder de schaduw van Zijn vleugels kan ik kind’lijk Hem vertrouwen; mogen wank’len berg en heuvels, zonder angst kan ik...
Efeze 2 vers 15-16 en 20; 5 vers 25
“… opdat Hij die twee in Zichzelf tot één nieuwe mens zou scheppen, vrede makend, en die beiden in één lichaam met God zou verzoenen door het kruis.” “… terwijl Jezus Christus Zelf hoeksteen is.” “… evenals ook Christus de gemeente heeft liefgehad en Zichzelf voor haar heeft overgegeven.” Wij worden christenen door persoonlijk in de Heer Jezus te geloven. Maar als we eenmaal gered zijn, ontdekken we dat we deel uitmaken van iets dat veel groter is dan onszelf:...
Psalm 119 vers 97-100
“Hoe lief heb ik Uw wet! Hij is heel de dag mijn overdenking. Uw geboden maken mij wijzer dan mijn vijanden, want zij zijn voor eeuwig bij mij. Ik ben verstandiger dan al mijn leraren, want Uw getuigenissen zijn mij tot overdenking. Ik heb meer inzicht dan de ouderen, omdat ik Uw bevelen in acht genomen heb.” Dit is het wonderbaarlijke voorrecht van hen die het Woord van God zijn ware plaats in hun leven geven. Zij die er een...
Openbaring 3 vers 14-16
“En schrijf aan de engel van de gemeente in Laodicéa … Ik weet uw werken, dat u niet koud bent en niet heet … Daarom, omdat u lauw bent, en niet heet of koud, zal Ik u uit Mijn mond spuwen.” De zeven gemeenten in Asia (4) – Laodicéa Er is een laatste toestand die het christendom kenmerkt. Wij kunnen deze eigenschappen vandaag de dag herkennen: zelfvoldaanheid, lauwe onverschilligheid, religieuze aanspraken om alles te hebben en alles te weten (Deut....