Bijbelgedeelte: Jozua 1 vers 10-11:
10. Toen gebood Jozua de beambten van het volk:
11. Ga midden door het kamp en gebied het volk: Maak proviand voor u klaar, want nog binnen drie dagen zult u deze rivier, de Jordaan, oversteken, zodat u kunt binnengaan om het land in bezit te nemen dat de HEERE, uw God, u geeft om in bezit te nemen.
Het zojuist overwogen, in beweging brengend verzoek heeft onmiddellijk effect gehad. Jozua bracht hun geest en autoriteit over aan de leiders van Israël, die op hun beurt het volk bevolen klaar te zijn. En zo brak het hele kamp op van het ene eind naar het andere.
Wanneer Christus, door de Geest de harten van Zijn volk raakt, doet Hij dat via de door Hem aangewezen leider. Jozua zond de goddelijke oproep naar de ‘beambten’ van het volk, en zo bereikte het gezag van het goddelijke gebod het voetvolk van het leger van de Heer. Zo gebruikte God door Zijn Geest ook de leiders, toen Hij het christendom op aarde invoerde, toen Hij door genade de grote waarheid van de rechtvaardiging van geloof in de Reformatie weer aan het licht bracht, en toen Hij in de dagen van Whitfield en Wesley in de harten van de gelovigen opnieuw een brandende liefde voor de verlorenen opwekte. Eerst worden de voorgangers van Zijn volk gegrepen door de waarheid, vervolgens via hen het volk. Christus brengt door de Heilige Geest in de harten van de mensen van Zijn keus de waarheden van de Bijbel tot leven, die Hij in de gemeente als geheel wil laten herleven. In het tafereel dat nu voor ons staat, loopt het Woord van God via de gekozen kanalen, totdat het hele kamp is vervuld met de energie van het Woord, dat eerst in het hart van Jozua bewerkt was.
De christelijke strijder, in wiens hart de waarheid nieuwe energie in het leven en de wandel brengt, wordt in meer of mindere mate een “officier” (leider) in het leger van de Heer. Afhankelijk van hoe vrij de Geest in hem kan werken, is hij een overste over honderd of over duizend, die door de in hem werkende kracht van Christus andere christenen in de wegen van de Heer leiden kan. We moeten ons eraan herinneren, dat wij anderen alleen in de dingen van God naar die mate kunnen leiden, zoals wijzelf door het Woord van God geleid worden. Ware invloed in overeenstemming met God is het resultaat van gemeenschap met Christus. Menigeen die ooit een “officier” in het “leger” van God was, is niet meer afhankelijk van Christus en is zo een valse leider van het volk van God geworden. En hoe groter de invloed voor het goede ooit geweest is, des te groter zal de invloed tot het kwaad zijn. We zullen dit spoedig zien aan het voorbeeld van Achan en het voorbeeld van de vorsten, die door de Gibeonieten bedrogen werden.
Ondanks de beweging in het kamp, veroorzaakt door het gebod van de Heer, moesten de mensen eerst voor voedsel zorgen en nog een zekere tijd wachten, voordat ze de Jordaan overstaken. “Toen gebood Jozua de beambten van het volk: “Ga midden door het kamp en gebied het volk: Maak proviand voor u klaar, want nog binnen drie dagen zult u deze rivier, de Jordaan, oversteken, zodat u kunt binnengaan om het land in bezit te nemen dat de HEERE, uw God, u geeft om in bezit te nemen” (Joz. 1:10-11). Het was passend en juist, dat als resultaat van het Woord van God dat in het kamp was gebracht, een proces in het kamp beginnen zou.
Het was noodzakelijk om voorbereid te zijn. Dit was ook de grondgedachte van veel van de afscheidswoorden van Mozes, die ons aan het einde van het vierde en vijfde boek van Mozes bericht worden. Hij had een diep verlangen in zijn hart, dat het volk het land Kanaän in de juiste toestand zou overwegen, binnen zou gaan en in bezit zou nemen, in de geest van afzondering tot God en in afhankelijkheid van God – terwijl Zijn genade hun harten zou vervullen. We kunnen dergelijke praktische lessen niet ernstig genoeg nemen.
Ook in de christelijke strijder die de woorden van de Heer hoort, is het voorbereid zijn nodig. We moeten leren dat menselijke energie de doodsrivieren niet kan oversteken noch de vestingmuren van deze wereld kan afbreken, en als we willen opbreken om de Heer te volgen, moet het op Zijn Eigen manier gebeuren. Beweging is niet noodzakelijkerwijs geloof. Voorgaan met een puur menselijk verworven kennis van de waarheid van God is niet door de Geest geleid worden. God wil bij Zijn volk niet het handelen zien op basis van het enthousiasme van een nieuw verworven kennis; die zou waarschijnlijk vermeden worden als er nog een driedaagse rust zou zijn, om de nieuw verworven waarheid eerst te verwerken en haar door de kracht van de Geest van God tot een volledig bezit van de nieuwe mens te maken, in plaats van op basis van het eerste enthousiasme te handelen.
De huidige passage laat zien, dat het kamp voordat de Jordaan werd overgestoken naar een goed georganiseerde toestand moest worden gebracht, omdat de situatie niet hetzelfde was als toen ze haastig Egypte verlieten. Zo moet de ziel van de christelijke strijder onderworpen zijn aan God, klaar voor de bevelen van de Heer, stevig en rustig, voorbereid door genade. De waarheid van God moet een deel van ons worden, anders zal onze zwakheid op de dag van de strijd zich openbaren. Maar de diep in het hart gezonken kennis van het Woord van God zal de ziel staande houden, wanneer haar ondersteuning het meest nodig is. Kennis alleen is nutteloos in het aangezicht van de vijand. Een waarheid van God, die puur in intelligentie van iemand anders is overgenomen, zonder in het eigen hart te worden ervaren, is kennis zonder kracht. Kennis is alleen inzoverre kracht voor de christen, zoals hij vervuld is met de Geest.
Er hoeft niet beslist een bepaalde tijd te verstrijken om een noodzakelijke oefening in de ziel te bewerken, want God kan dezelfde resultaten in verschillende perioden in de zielen van de Zijnen bewerken, maar er is tijd nodig om praktisch en ervarend met de waarheid van God vertrouwd te raken.
De drie dagen moeten blijkbaar de gedachten naar de uittocht van Israël uit Egypte terugvoeren. Voor zover we weten, verliepen drie dagen tussen de nacht, waarin ze het land van slavernij verlieten en hun volledige redding aan de Rode Zee. “Drie dagen” spreken tot ons over dezelfde periode tussen het kruis en het lege graf van onze Heer Jezus Christus. Israël had vanwege de dood van het paaslam afscheid genomen van het land Egypte en werd uiteindelijk in veiligheid gebracht door de Rode Zee over te steken. Aan die oever heeft het lied geklonken: “U leidde in Uw goedertierenheid dit volk, dat U verlost hebt. U leidde hen zachtjes door Uw kracht naar Uw heilige woning” (Ex. 15:13). Hun plaats in de heilige woning van God was het onderwerp van hun lied, en dat kwam daadwerkelijk overeen met de raad van God voor hen.
In die tijd gingen ze met grote vreugde en triomf mee in de gedachten van God en zongen: “Al de inwoners van Kanaän smolten weg van angst” (Ex. 15:15). Maar toen was de woestijn met zijn 40 lange en onverwachte jaren van beproeving er tussen gekomen, en nu waren deze jaren voorbij, en opnieuw was Kanaän, hun eigendom, de enige gedachte van het kamp, en de driedaagse pauze werd door God bevolen.
Ze verlieten Sittim, de laatste scène van hun woestijnreis, de plaats van de bloeiende acacia – uit het hout ervan waren de planken van de tabernakel en de ark van het verbond gemaakt – Sittim, met zijn herinneringen aan de woestijn en aan de zonde met Moab. “Toen stond Jozua ’s morgens vroeg op. Zij braken op uit Sittim en kwamen tot aan de Jordaan, hij en al de Israëlieten. En zij overnachtten daar voordat zij overstaken” (Joz. 3:1).
Laten we een tijdje aan de oevers van onze Jordaan “overnachten”. Zijn water is zowel breed als diep en stroomt snel. Wie zal ze overbruggen? Welke veerboot zal het oversteken? Goddelijke kracht en zij alleen kan ons in het stralende Kanaän aan de overzijde van de rivier brengen. Onze bezittingen zijn in Christus in de hemel en de hemel kan door mensen alleen door de dood van Christus worden bereikt. Voor de mens betekent de dood op zichzelf vernietiging: de onstuimige rivier zou hem voor altijd wegvagen. Laten we in de wateren kijken en erover nadenken, want daardoor wordt Christus in Zijn dood voor ons groter, en de genade van God aan ons, die ons met Christus in Zijn dood heeft verenigd, meer overtreffen in haar heerlijkheid. Het bewustzijn van ons gestorven zijn met Christus is de eerste stap op weg naar de belangrijkste eisen voor een christelijke strijder.
H. Forbes Witherby; © www.bibelstudium.de
Online in het Duits sinds 04.06.2013.
Geplaatst in: Christendom
© Frisse Wateren, FW