“Wat baat het als men zijn ziel erbij inboet?”
Bijbelgedeelten: Mattheüs 16 vers 26; 6 vers 19-21
Vraag 10: “Want zal het een mens baten als hij de hele wereld wint, maar zijn ziel erbij inboet?” (Matth. 16:26).
Met deze hartverscheurende vraag stelt de Heer de prioriteiten in ons leven aan de orde. Allereerst gaat de directe betekenis over ongelovigen, want alleen zij kunnen letterlijk hun ziel verliezen.
Maar we willen deze vraag aan ons hart stellen: Leven wij ons leven op zo’n wijze, dat we het als het ware verspillen? Jagen wij zoveel rijkdom, luxe en geld na – en dat is precies waar de Heer het hier over heeft – dat wij op een dag met lege handen in de hemel zullen staan? We zouden op de retorische vraag van de Heer kunnen antwoorden: zo’n leven heeft geen zin!
Natuurlijk is er iets heel verraderlijks aan het najagen van rijkdom. We realiseren ons vaak niet eens hoezeer we erdoor beïnvloed worden. Een verkeerde relatie tot bezittingen kan gemakkelijk verborgen worden onder uitspraken als “Maar de Heer heeft niets tegen geld op zich, alleen tegen het liefhebben ervan” of “De Heer geeft alles om ervan te genieten.” Maar de alarmbellen beginnen ten slotte te rinkelen wanneer ik een betere professionele positie aanvaard die me zou beperken in mijn dienst aan de Heer. Ten slotte wanneer ik ongemakkelijker slaap in tijden van inflatie enzovoort, wordt het gevaarlijk. Ten slotte, als mijn aanwezigheid bij kerkdiensten, mijn tijd met mijn gezin of mijn tijd met mijn broeders en zusters eronder lijden omdat ik het erg druk heb met mijn werk, dan gaat de vraag van de Heer mij persoonlijk aan.
Het is verbazingwekkend, dat de Heer meer over geld sprak dan over liefde, genade of de hemel. We denken aan waarschuwingen zoals Mattheüs 6 vers 19-21: “verzamelt u geen schatten op de aarde, waar mot en afvreter1 ze bederft en waar dieven inbreken en stelen; maar verzamelt u schatten in [de] hemel, waar geen mot of afvreter ze bederft en waar dieven niet inbreken of stelen; want waar uw schat is, daar zal ook uw hart zijn.” Hier hebben we een duidelijk verbod tegen het verzamelen van schatten voor onszelf op aarde. En we hebben hier nog iets anders: de onmogelijkheid om schatten te bezitten en tegelijkertijd ons hart er vrij van te houden. Nee, zegt de Heer: als je waardevolle bezittingen hebt, zal je hart daarop gevestigd zijn.
We willen ons beproeven of we onze levensprioriteiten goed hebben georganiseerd. Als de Heer vandaag zou terugkeren, zouden onze handen dan leeg zijn omdat alles toch hier zou blijven? Echt een hartonderzoekende vraag.
1. Waarschijnlijk een soort insect.
Online in het Duits sinds 22.06.2024
Geplaatst in: Christendom
© Frisse Wateren, FW