Johannes 15 vers 2 en 3:
“Elke rank in Mij die geen vrucht draagt, neemt Hij weg; en elke [rank] die vrucht draagt, die reinigt Hij, opdat zij meer vrucht draagt. U bent al rein om het woord dat Ik tot u heb gesproken.”
Snoeien …
Deze twee verzen samen zijn fascinerend! Wat heeft het “wegnemen” van de ranken en het snoeien van de ranken te maken met reinheid? Het woord voor “wegnemen” (airo, in het Grieks) komt 102 keer voor in het Nieuwe Testament. Op meer dan 40 plaatsen wordt het weergegeven als “optillen” of “opnemen.” In deze context tilt de landman elke rank van de grond om vrucht te dragen! Dit herinnert ons eraan dat, als gelovigen, deze wereld niet onze natuurlijke omgeving is. Ons thuis is in de hemelse gewesten, zoals we leren in de brief aan Efeze. Als we dit perspectief verliezen, kunnen we nooit effectieve vruchtdragers zijn, dus moeten we “opgetild” worden van deze aarde en “zoekt dan de dingen die boven zijn, waar Christus is, gezeten aan Gods rechterhand” (zie Kol. 3:1-2).
Als een rank in het vuil ligt, kunnen lucht en licht er niet gemakkelijk bij. Als de zware regens hard op de rank slaan, waardoor hij over de grond sleept, wordt hij modderig en beschimmeld, waardoor hij in deze toestand geen nut meer heeft. Dus tilt de wijngaardenier (landman) hem op, uit het vuil weg van de aarde! Wanneer de druk van deze wereld een zware last voor ons wordt, wil onze Wijngaardenier, onze liefdevolle Vader, ons optillen. Hij doet dit door de Geest van God, het Woord van God en het volk van God. Hij herinnert ons eraan, dat dit niet ons thuis is.
In Zijn Hogepriesterlijk gebed horen we de Heer Jezus ontroerend bidden: “… omdat zij niet van de wereld zijn zoals Ik niet van de wereld ben” (Joh. 17:14). Als wij vruchtbare ranken willen zijn en effectieve getuigen, moeten wij bedenken dat “ons burgerschap is in [de] hemelen, waaruit wij ook [de] Heer Jezus Christus als Heiland verwachten” (Fil. 3:20).
Onlangs zag ik een man zijn boom snoeien. Hij ging heel voorzichtig met de boom om en behandelde elke rank voorzichtig. Deze man wist waar hij het snoeimes moest plaatsen en hoeveel hij moest snoeien. Hij wist het verschil tussen de ranken die nog leefden en de ranken die geen vruchten konden dragen.
Voor velen lijkt het snoeien wreed en verspillend, maar de wijngaardenier weet wat nodig is! Ranken die geen vrucht dragen worden drastisch teruggesnoeid. Ezechiël 15 vers 2-4 vertelt ons, dat het hout van de wijnstok nergens goed voor is. Het enige doel van de rank was om vrucht te dragen. Dus zoekt de wijngaardenier naar vrucht, en als hij die niet vindt, snoeit hij de ranken!
God de Vader, als de Goddelijke Wijngaardenier, verricht dit snoeiwerk in elk van onze levens. Deze tuchtiging of training lijkt voor velen misschien een kwelling, maar het heeft een doel (Ps. 119:67,71,75). We moeten begrijpen, dat dit snoeiproces iets is, dat de Vader toedient aan de ranken (gelovigen) die aan Christus, de Ware Wijnstok, zijn verbonden. Dit snoeien is om ons meer vrucht te laten dragen. Hij verlangt dat wij, Zijn kinderen, meer op Zijn eigen Zoon gaan lijken.
Hebreeën 12 vers 4-11 herinnert ons eraan, dat wie de Vader liefheeft, Hij tuchtigt en: “Nu schijnt alle tuchtiging wel op het ogenblik zelf geen reden voor vreugde maar voor droefheid te zijn, maar daarna geeft zij aan hen die erdoor geoefend zijn, een vreedzame vrucht van gerechtigheid.” Als u het snoeiproces doormaakt, besef dan dat u in de handen bent van een wijze en liefdevolle Vader die weet wat nodig is om veel vrucht te dragen en meer op Zijn gezegende Zoon te gaan lijken!
© Anchors For Life
Geplaatst in: Christendom
© Frisse Wateren, FW