Psalm 13 vers 2:
“Hoelang nog, HEERE? Zult U mij voor altijd vergeten? Hoelang zult U Uw aangezicht nog voor mij verbergen?”
Psalm 13 is een zeer korte Psalm, slechts zes verzen, toch gaat de Psalmist van diepe ontmoediging naar het zingen van zijn verlossing. Wat maakte het verschil? Wat is er veranderd in zijn situatie? Tussen deze twee uitersten bevond zich een man die tot de Heer riep!
In de verzen 2 en 3 lezen we van zijn diepe verdriet, waar hij vier vragen stelde: “Hoelang nog, HEERE? Zult U mij voor altijd vergeten? Hoelang zult U Uw aangezicht nog voor mij verbergen? Hoelang zal ik nog plannen maken in mijn ziel, verdriet hebben in mijn hart, dag na dag? Hoelang zal mijn vijand zich nog boven mij verheffen?”
Heb jij je ooit zo gevoeld als David hier? Hij voelde zich alleen, afgewezen, pratende tegen zichzelf in zijn eigen verdriet, het gevoel dat de vijand de overwinning behaalt. David maakt een keus die ieder van ons moet maken als we in een soortgelijke situatie terecht komen. We kunnen in de put van wanhoop blijven zitten of we kunnen ons tot de Heer wenden zoals David deed in de verzen 4 en 5: “Zie mij aan, verhoor mij, HEERE, mijn God! Verlicht mijn ogen, anders ontslaap ik in de dood, anders zegt mijn vijand: Ik heb hem overwonnen, en verheugen mijn tegenstanders zich, wanneer ik wankel.”
David riep de Heer aan om aan hem te denken (vs. 4) en om hem te redden (vs. 5). Door de Heer te vragen om rekening met hem te houden en naar hem te luisteren, bidt David dat de Heer zijn benarde toestand in ogenschouw neemt en zijn gebed verhoort. Hij gaat verder met bidden: “Verlicht mijn ogen, anders ontslaap ik in de dood.”
Als we onze ogen op onszelf en ons dilemma blijven richten, zal de ontmoediging toeslaan. Maar David vroeg de Heer om zijn blik te veranderen. Wat kan droefheid veranderen in zingen? Onze ogen van onszelf naar de Heiland richten, van ons dilemma naar de Redder!
David is in staat om te zingen omdat hij vertrouwde op de goedertierenheid van de Heer: “Ik echter vertrouw op Uw goedertierenheid, mijn hart zal zich verheugen in uw heil” (vs. 6a). Merk op dat er nooit staat dat Davids problemen verdwenen, in feite veranderden de problemen niet, maar zijn vooruitzicht wel: “Ik zal voor de HEERE zingen, omdat Hij goed voor mij geweest is” (vs. 6b). Als je merkt dat je overweldigd wordt door verdriet of wanhoop, denk dan aan Gods onfeilbare liefde, houd jezelf bezig met Zijn goedheid en wacht geduldig op Hem om je ogen te verlichten!
Tim Hadley Sr.
Geplaatst in: Christendom
© Frisse Wateren, FW