Bijbelgedeelte: Exodus 26 vers 31-37
We komen nu bij het voorhangsel, dat het heilige scheidde van het heilige der heiligen. Het stelde Christus voor. Het was gemaakt van blauw en roodpurper en van karmozijn en gedraaid byssus, geweven met cherubs. We hoeven niet uit te weiden over de uitleg van de betekenis van deze kleuren, omdat we dit al hebben bekeken in verband met de tentkleden van de tabernakel. Maar we kunnen wel een verschil opmerken in de volgorde waarin de kleuren worden genoemd. Hier wordt de blauwe kleur als eerste genoemd, en het dubbeldraads fijn linnen komt als laatste, met de toevoeging dat het een werk van een kunstenaar is. Het feit dat het blauw als eerste wordt genoemd, symboliseert heel duidelijk het feit, dat Christus de hemelse is die Zijn volk naar de hemelse dingen leidt, terwijl het dubbeldraads fijn linnen spreekt van de vlekkeloze menselijkheid van onze Heer – het “werk van een kunstenaar,” dat wil zeggen, dat alle kleinste details van dat leven alleen vreugde en verrukking zullen geven aan de godvruchtige gelovige. De cherubs die in het gordijn zijn verwerkt, laten symbolisch zien, dat al het oordeel is overgedragen aan de Zoon, die rechtvaardig zal oordelen. En ook het oordeel is niet beslissend voor de gelovige, omdat Christus de volle maat van de straf voor de zonde heeft gedragen.
Wanneer het oordeel wordt uitgeoefend, zullen de heiligen van God zich verheugen. Dit zullen we zien wanneer de grote hoer, het afvallige christendom, geoordeeld wordt, zoals we in Openbaring 19 vers 2-4 vinden. De rook van haar kwelling stijgt op van eeuwigheid tot eeuwigheid en we zien dat de 24 oudsten, die de heiligen vertegenwoordigen die deelnemen aan de eerste opstanding, aanbidden en zeggen: “Halleluja!”. Alleen zij die in heerlijkheid zijn, vrij van alle oordeel, vanwege het verzoeningswerk van Christus, kunnen met recht zulke ernstige taferelen betreden.
Het voorhangsel werd opgehangen aan vier pilaren van acaciahout bedekt met goud. Het getal vier spreekt van dat wat allesomvattend is. God heeft de zegening in gedachten van allen die door Christus zullen komen.
De haken van de pilaren waren van goud en de voetstukken van zilver. Dit laat zien dat God alleen met mensen kan omgaan op basis van verlossing (zilver) en gerechtigheid (goud).
Hebreeën 10 vers 19-22 vertelt ons op een schitterende wijze wat het voorhangsel symboliseerde: “Daar wij dus, broeders, vrijmoedigheid hebben om in te gaan in het heiligdom door het bloed van Jezus, langs [de] nieuwe en levende weg die Hij ons heeft ingewijd door het voorhangsel heen, dat is zijn vlees, en [wij] een grote priester over het huis van God [hebben], laten wij naderen met een waarachtig hart, in volle zekerheid van [het] geloof, de harten door besprenkeling gezuiverd van [het] kwaad geweten en het lichaam gewassen1 met rein water.” De hogepriester kon het heilige der heiligen alleen binnengaan op de grote verzoendag. Hij ging binnen met het bloed van stieren en bokken, dat nooit zonden konden wegnemen, want deze handeling was alleen symbolisch. Omdat dit het geval was, bleef de voorhang bestaan. Een heel vol jaar lang werd er geen stap gehoord in het heilige der heiligen, totdat de verzoendag weer aanbrak en hetzelfde ritueel werd uitgevoerd – en de voorhang bleef daar nog steeds.
Alleen de hogepriester mocht één keer per jaar het heilige der heiligen binnen, en niet zonder bloed, dat hij offert voor zichzelf en voor de zonden van het volk; waarmee de Heilige Geest aangeeft, dat de weg naar het heiligdom2 nog niet geopenbaard is zolang de eerste tabernakel nog stand houdt (zie Hebr. 9:7-8).
Maar in dit beeld is Christus zowel het offer als de offerende priester. Ook al kon Hij op aarde geen priester zijn, omdat Hij niet tot de stam van Levi behoorde, toch verrichtte Hij een priesterlijke handeling toen Hij zijn leven aan het kruis gaf als offer voor de zonde. Het moet dan ook het moment bij uitstek zijn geweest, toen hij met luide stem uitriep: “Het is volbracht,” het wonderlijke, verbazingwekkende verzoeningswerk, de enige hoop op de verlossing van de wereld, het was volbracht. Ook de natuur zelf getuigde hiervan op dat moment, want de aarde schudde en de rotsen scheurden. Zelfs de krachten van de materiële wereld werden in beweging gezet, en bovenal en boven alles: het gordijn werd van boven naar beneden in tweeën gescheurd, door God, door de hand van God. Wat een getuigenis, dat de dag van de schaduwen voorbij was en dat de dag van “toekomstige goederen” was aangebroken. Alleen de hogepriester mocht het heilige der heiligen binnengaan, en slechts één keer per jaar. Nu mogen gelovigen het heiligdom op elk moment met vrijmoedigheid binnengaan.
De voorhang bij de ingang van het heiligdom
Het gordijn voor de ingang van de tent was gemaakt van blauwpurperen, roodpurperen en scharlakenrode wol en dubbeldraads fijn linnen, borduurwerk. Hierover hoeft niets gezegd te worden, want het is al uitgelegd. Maar er is hier iets weggelaten dat zorgvuldig moet worden opgemerkt. Er waren cherubs op het gordijn tussen het heilige der heiligen en het heilige der heilige, maar er waren geen cherubs op het gordijn bij de ingang van de tent. Door deze weglating wilde God getuigen, dat Hij de mens in reine, soevereine genade naderde. Er waren geen cherubs, die getuigen van rechtvaardigheid en oordeel, zichtbaar aan de buitenkant, wat de schuchtere zoekers naar God zou afschrikken. Wanneer Gods lankmoedigheid ten einde komt, zal het oordeel zijn beloop hebben en zal heel Gods volk hem vanwege de gerechtigheid van Zijn wegen in het oordeel aanbidden. Maar in de tussentijd vormt de puurste genade de houding van God tegenover de mens. Het gordijn werd ondersteund door vijf pilaren. De pilaren waren gemaakt van acaciahout bedekt met goud. De haken waren van goud, de voeten van koper. Het gordijn symboliseerde de mens die in de tegenwoordigheid van God naderde. Het was de ingang voor de priesters wanneer zij het heiligdom binnengingen voor de dienst. “Vijf” spreekt van het feit, dat er aan de verantwoordelijkheid is voldaan door het offer van onze Heer (de koperen voeten) en in overeenstemming met de gerechtigheid (gouden haken).
A.J. Pollock; © www.bibelstudium.de
Online in het Duits sinds 16.09.2007.[Duitse eerste publicatie! Oorspronkelijke titel: The Tabernacle’s Typical Teaching]. Vrij vertaald naar het Nederlands. [Ingezonden door Stephan Keune}
Geplaatst in: Christendom
© Frisse Wateren, FW