5 jaar geleden

Afhankelijkheid in het leven van Jezus (40)

Mijn uiterste voor Zijn hoogste!

“Maar daarom ben Ik in dit uur gekomen. Vader, verheerlijk Uw naam!” (Joh. 12:27-28).

Ondanks alle tegenstand en voorafschaduwing van wat Hem te wachten stond op Golgotha, verloor de Zoon van God Zijn opdracht nooit uit het oog. Hij trad deze wereld binnen en zei: “Zie, Ik kom om Uw wil te doen, o God” (Hebr. 10:9). Nu, ongeveer 33 later, richtte Hij Zijn aangezicht vastbesloten om naar Jeruzalem te gaan (Luk. 9:51) – de stad die de profeten doodt en hen stenigt die naar hen gezonden zijn (Matth. 23:37). Noch de Joden (Joh. 11:8), noch Herodes (Luk. 13:31-32) noch Zijn eigen discipelen konden Hem daarvan afhouden (Matth. 16:21-23). Zijn beslissing was rotsvast: “Zie, wij gaan op naar Jeruzalem en alles wat door de profeten is geschreven, zal aan de Zoon des mensen worden volbracht” (Luk. 18:31).

“Vader, verheerlijk Uw naam!” Wat een onvoorwaardelijke overgave en toewijding aan God ligt er in dit gebed! De Zoon van God was gekomen om Zijn Vader door de dood te verheerlijken. Hij wilde Hem voor mensen en engelen groot maken – ook als de vervulling van dit verlangen Hem alles kostte. Tijdens Zijn leven zei Hij: “Wie Mij heeft gezien, heeft de Vader gezien” (Joh. 14:9). Maar hoeveel God werkelijk de wereld liefheeft, en hoe rechtvaardig en heilig Hij is, kon alleen het kruis volkomen openbaren. In 6000 jaar menselijke geschiedenis is God nog nooit zo verheerlijkt als door het lijden en het sterven van Jezus aan het kruis van Golgotha.

Zoals het licht het helderst schijnt in de duisternis, wordt God vaak het meest verheerlijkt als we Hem in het lijden vertrouwen en daarin volharden. We verheerlijken Hem wanneer we ons in moeilijke omstandigheden zonder rebellie overgeven aan Zijn wil en zeggen “ja, Vader”! God werd wonderbaar verheerlijkt toen Paulus en Silas, met hun voeten in het blok, lofliederen zongen in de gevangenis van Filippi en de gevangenen naar hen luisterden (Hand. 16:25). Petrus moest, net als bijna alle twaalf apostelen, zijn Meester verheerlijken door zijn marteldood (vgl. Joh. 21:19). Stefanus verheerlijkte de Heer Jezus vooral op het moment, dat de Joden hem stenigden, want het was juist in de aanblik van de dood dat het leven van Jezus het helderst op hem scheen (Hand. 7:55-60).

Hoe wordt God in ons leven verheerlijkt? Door het leven van Jezus in ons sterfelijk lichaam te openbaren (verg. 2 Kor. 4:10). Maar dit gebeurt alleen, wanneer we in de praktijk verwerkelijken dat we met Christus aan de zonde zijn gestorven en Hem nu in de kracht van de Heilige Geest in ons laten leven (verg. Gal. 2:20). Zonder dood, geen leven!

Hoe reageren wij wanneer God ons of iemand die ons zeer nabij staat tot een “levensbedreigende” taak roept? Zeggen we dan ook – in het licht van de eeuwigheid – nuchter en evenwichtig: “Vader, verheerlijk Uw naam!”? Paulus hield zich niet in eerste instantie bezig om uit de gevangenis vrij te komen, maar daarmee dat Christus in zijn lichaam grootgemaakt zou worden, hetzij door het leven hetzij door de dood (Fil. 1:20). Is dat ook jouw grootste doel?

Jan Philip Svetlik, © www.bibelstudium.de

Online in het Duits sinds 27.09.2017.

Geplaatst in:
© Frisse Wateren, FW