19 jaar geleden

Maarten Luther (4)

Nu kunnen wij een ogenblik stilstaan, teneinde enige handelende personen op het toneel van dit woelige tijdperk te vermelden. De eeuw van de Hervorming is een van de merkwaardigste in de geschiedenis, wat betreft het aantal grote mannen en belangrijke gebeurtenissen. Maarten Luther, de man die door…

Merkwaardige mannen uit de zestiende eeuw

Nu kunnen wij een ogenblik stilstaan, teneinde enige handelende personen op het toneel van dit woelige tijdperk te vermelden. De eeuw van de Hervorming is een van de merkwaardigste in de geschiedenis, wat betreft het aantal grote mannen en belangrijke gebeurtenissen.

Maarten Luther, de man die door de Geest van God bijzonder werd gebruikt, staat voor ons het meest op de voorgrond. In zijn bijzonder gevaarvolle positie, kon hij denken bijna alleen te staan; doch God verzamelde om hem enige uitstekende personen, die hem spoedig hun volkomene sympathie betuigden, en met alle kracht zijn zaak hielpen verdedigen. In het jaar 1518 werd Melanchton aangesteld tot hoogleraar in het Grieks aan de universiteit te Wittemberg. Van die tijd af tot aan het eind van zijn leven werd hij de boezemvriend en trouwe medearbeider van de Hervormer. Oecolampadius, hoogleraar te Bazel, Ulrich Zwinglius, doctor in de godgeleerdheid te Zürich, Maarten Bucer, hofprediker van de keurvorst van Paltz, en vele anderen die een plaats hebben verworven onder de uitnemendste werktuigen van de Hervorming, verwekte de Heer juist in die gedenkwaardige tijd.

Het openvallen van de keizerlijke troon, bij de dood van Maximiliaan in 1519, bleek voordelig te zijn voor de zaak van de Hervorming. De aandacht van het hof van Rome werd van Luther afgetrokken tot de dringender kwestie van een nieuwe keizer. En Frederik, gedurende de tussenregering waarnemend rijkshoofd, kon Luther des te beter bescherming verlenen. De keizerlijke kroon werd door de keurvorsten aan Frederik aangeboden; doch deze wees de gevaarvolle onderscheiding van de hand, geen lust hebbende de rijkslast op zijn schouders te nemen. Toen viel de keuze op de kleinzoon van Maximiliaan, Karel, die tevens kleinzoon was van Ferdinand de Katholieke, van Spanje. De jeugdige, aangename en ridderlijke vorsten – Hendrik VIII van Engeland en Frans I van Frankrijk – haakten ook naar de keizerlijke waardigheid; maar de erfelijke aanspraken en bezittingen van Karel deden de schaal naar zijn kant overslaan. Deze was heer van Spanje, Bourgondie, de Nederlanden, Napels en Sicilie, de Indien en (door de ontdekking van Columbus van Amerika) ook van de Nieuwe Wereld. Sedert de dagen van Karel de Grote had geen vorst over zoveel landen de scepter gezwaaid.

De paus, ofschoon eerst tegen de verheffing van Karel gekant, omdat hij ze in strijd achtte met de belangen van het Vaticaan, gaf zijn tegenstand op, toen hij zag dat de keuze toch door zou gaan; en Karel werd 22 October 1520 te Aken gekroond. Aldus aanvaardde hij op negentienjarige leeftijd, als Karel V, de keizerlijke macht over Duitsland.
Hij wordt beschreven als een jongeling van groot verstand met een sterke natuurlijke neiging voor militaire oefeningen. Hij onderscheidde zich door een ernst en bezadigdheid ver boven zijn jaren en kon, als het zo uitkwam, zeer beminnelijk zijn. Hij bezat de scherpzinnigheid en listigheid van een Italiaan met de stilzwijgendheid en achterhoudendheid van een Spanjaard, en was tevens een standvastig en vroom katholiek. “Hij was vroom en stil”, zegt Luther, “ik durf wedden, dat hij niet zoveel spreekt in een jaar, als ik op een dag”.

Ziedaar de persoon, naar wie de zaak van Luther nu moest verwezen worden. Geen geschikter man ware te vinden geweest om de besluiten van het Vaticaan ten uitvoer te leggen. De opmerkingen van M. d Aubigné over deze verandering van bestuur zijn de hartelijke levensbeschrijver van Luther waardig. “Een nieuw figuur stond op het toneel te verschijnen. God was voornemens de monnik van Wittemberg van aangezicht tot aangezicht te plaatsen voor de machtigste vorst, die sedert Karel de Grote was opgetreden. Hij verkoor een vorst in de kracht van de jeugd, en aan wie een lange regering voorspeld scheen … en tegenover deze stelde Hij die nederige Hervorming, begonnen in de afgezonderde cel van een klooster te Erfurt met de zielsangsten en verzuchtingen van een arme monnik. De geschiedenis van deze vorst en zijn regering was, naar het schijnt, bestemd om de wereld een belangrijke les te leren. Zij zou een bewijs leveren, hoe nietig alle kracht van de mens is, wanneer zij het waagt zich te meten met het zwakke van God. Ware een vorst, die Luther genegen was, tot de keizerlijke troon geroepen, dan zou misschien de goede uitslag van de Hervorming toegeschreven zijn aan zijn bescherming. Indien ook een keizer die de nieuwe leringen tegenstond, maar die tevens een zwak regent was, de kroon had gedragen, zo zou de zegepraal van het hervormingswerk op rekening gesteld zijn van de zwakheid van de vorst. Maar het was de fiere overwinnaar van Pavia, die bestemd was te bukken voor de macht van het Woord van God; en de hele wereld zag het aan, hoe de man die het een lichte taak vond Frans I als gevangene naar Madrid te voeren, genoodzaakt werd de strijd op te geven tegen de zoon van een arme mijnwerker!”

De banvloek

Wij keren terug tot Luther en het einde van de redetwist te Leipzig. Er brak een rijke tijd aan voor Luther, wellicht de mooiste jaren van zijn leven. Van alle kanten kreeg hij bijval. In alle steden van Duitsland kreeg hij invloedrijke, sterke medestanders in alle rangen en standen. Ook humanistische geleerden sympathiseerden. Vooral na Leipzig begreep Luther dat hij terug moest naar de bronnen. Degelijke kennis van de bijbelse grondtalen, Hebreeuws en Grieks, ging hij als een eerste vereiste zien. Zijn moed en kritische zin waren geheel in de geest van de humanisten. Zo werd door Luther Wittemberg de eerste Duitse universiteit, waar werkelijk Latijn, Grieks en Hebreeuws werd gestudeerd. Pas later bleek hoever Luther van Erasmus en diens geestverwanten verwijderd stond. De schoonste vrucht van zijn verbinding met de humanisten was de blijvende vriendschap met de reeds genoemde Philippus Melanchton. Deze werd blijvend voor Luthers hervormingswerk gewonnen en werd zijn grootste steun en zijn trouwste vriend. Luther zag hoog op tegen zijn geleerde vriend.

De geschriften van Luther

Het jaar 1520 gebruikte Luther om in wel dertig geschriften zijn nieuwe inzichten aan leiders en volk bekend te maken. Zijn beroemdste geschriften waren de zogenaamde “drie reformatorische hoofdgeschriften”. Hierin riep Luther op tot reformatie en ontkende dat de Paus boven de Schrift en de concilies zou staan; hierin bestreed hij (toen al!) het celibaat, wat ook nu nog altijd een heet hangijzer is, maar nog steeds niet is opgegeven door de Rooms-Katholieke kerk, ondanks de vele schandalen die dit veroorzaakt. Ook proclameerde Luther hierin het algemene priesterschap van de gelovigen. Hij hekelde de verering van Aristoteles, de woeker, de uitzuigerij van Rome, de wereldlijke macht van de kerk en nog vele andere dingen. Hij kwam op voor een Duitse nationale kerk en pleitte voor de boeren, voor goed onderwijs, voor de openbare zedelijkheid enzovoorts.
Van de zeven sacramenten van de Rooms-Katholieke kerk kon hij er maar twee als volledig als bijbels gefundeerd erkennen, namelijk doop en avondmaal. De biecht kon hij niet volledig erkennen. Ook tegen de transubstantiatieleer1 en vooral tegen de offergedachte in de mis, ageert hij. Zo rekende Luther af met al eeuwenoude dwalingen. De drukkerijen in Europa gebruikten bijna hun volledige capaciteit aan het drukken van de geschriften van Luther en van zijn tegenstanders. Door deze geschriften werd het Duitse kerkvolk en over de grenzen sterk beinvloed.

De pauselijke bul en banvloek

Luther deed dit alles in afwachting van de bul, die wel moest komen. Dr. Eck namelijk, de vermaarde pausgezinde godgeleerde, verbitterd over zijn nederlaag in Leipzig en ziedend van woede tegen Luther, haastte zich naar Rome om een bul van excommunicatie te verkrijgen tegen zijn vijand. Niet in staat het ernstig en vurig beroep van de Hervormer op het Woord van God te weerleggen, zocht hij onmiddellijk diens veroordeling en uitroeiing te bewerken.

Overrompeld door de luide en lastige aanzoeken van Eck en zijn vrienden, met name de Dominicanen, vaardigde paus Leo (naar het oordeel van de meesten, zeer onverstandig) op 15 juni 1520 de gevraagde bul uit. Hierin werden 41 uitspraken van Luther als”ketters” verworpen. De geschriften van Luther werden veroordeeld tot de vlammen, en hijzelf als een boze ketter overgegeven aan de satan, tenzij hij binnen zestig dagen zou herroepen en de goedertierenheid van de paus afsmeken. Maar de tijd was voorbij dat Luther en zijn vrienden door kerkelijke banbliksems tot zwijgen waren te brengen. Vijftig jaar vroeger zou iets dergelijks nog mogelijk zijn geweest. Doch noch paus Leo, noch keizer Karel kenden de publieke opinie in Duitsland, evenmin als de verborgen maar zekere werking van de drukpers in Europa. Hij, die Guttenberg bezig zag aan zijn pers; Columbus terugkerende na de ontdekking van Amerika; Vasco de Gaina de Stormkaap omzeilende; de Griekse geleerden, na de inneming van Constantinopel door de Turken, onder de natien van Europa verstrooid; aanschouwde gebeurtenissen, waardoor de studie een nieuw leven en de menselijke geest een nieuwe ontwikkeling verkreeg, opwakende uit de slaap, waarin hij gedurende de lange nacht van de middeleeuwen gevallen was.

Toen Luther vernam dat een pauselijke inquisiteur met het verbranden van zijn geschriften was begonnen, antwoordde hij met een geschrift met de titel: “Tegen de vervloekte bul van de antichrist”. Dat paus Leo X een antichrist was, werd hem volkomen duidelijk.
Alvorens de bul van Leo Wittemberg bereikte, was het beste gedeelte van Duitsland met zijn hart voor Luther. Dit was voornamelijk het geval met de geleerden, kunstenaars en kooplieden. Luther zag de grond waarop hij stond, en wist, dat de beslissende stap niet kon uitblijven. Vroeger had hij de meest onderworpen en vredelievende brieven gericht aan de paus, de kardinalen, bisschoppen, vorsten en geleerden; hij had een beroep gedaan van de paus op de opperste rechtbank van een algemeen concilie – niets had gebaat, een openlijke oorlogsverklaring moest dus volgen. Hij besloot zich aan de kerk van Rome te onttrekken, en in het openbaar haar gezag te weerstaan.
Op 10 december 1520, het was negen uur in de morgen, nam Luther, nadat vooraf openbare bekendmaking had plaats gehad, de bul tegelijk met een afschrift van de pauselijke kerkwetten en enkele geschriften van Eck en Emser, en wierp het een en ander voor het oog van een menigte toeschouwers in het midden van de vlammen van een vuur, buiten de stadspoort van Wittemberg aangelegd. Het pauselijke wetboek dat in vlammen opging, was volgens Luther bij uitstek het bewijs van de antichristelijke tirannie, die de paus zich over de kerk van Christus aanmatigde. Nu had hij definitief met de paus gebroken.
Daarna keerde Luther, begeleid door de doctoren van de universiteit, de studenten en het volk, binnen de muren van de stad terug. Aldus het juk van Rome afgeschud hebbende, hield hij een krachtige toespraak tot het volk, hen wijzende op hun roeping. Het publiek werd aangestoken door zijn geestdrift, en het hele volk schaarde zich aan zijn zijde. Nu was Luther vrij; de band, die hem zolang aan Rome gebonden had gehouden, was verscheurd. Van nu af aan nam hij de houding aan van een openlijke en onverzoenlijke tegenstander van de paus en zijn handlangers. Ook gaf hij menig geschrift uit tegen het roomse systeem en voor de waarheid van God.
Op 3 januari 1521 verscheen dan de pauselijke banbul die nauwelijks werd opgemerkt. De kerkgeschiedenis werd niet langer in Rome gemaakt, zo besefte men. Ook Frederik de Wijze stoorde zich niet aan deze bul.

Wordt vervolgd D.V.

NOOT:
1. Hierop kom ik D.V. later terug.
Bronnen:
Luther – zijn weg en werk, W.J. Kooiman;
Geschiedenis der kerk, dr. H. Berkhof;
Grote geïllustreerde wereldgeschiedenis, verschenen bij Bosch & Keuning n.v. te Baarn;
Geschiedenis in Thema en Taak, deel I, W.F. Kalkwiek en J. Wilschut.
Algemene geschiedenis van de Christelijke Kerk, A. Miller.

Geplaatst in:
© Frisse Wateren, FW