Is Israël de grootste bedreiging voor de wereldvrede? – EU-enquête
Een onderzoek door de Europese Commissie lijkt aan te tonen dat de EU-burgers Israël als de grootste potentiële bedreiging voor de wereldvrede houden. – Niet ten onrechte, zoals de Bijbel duidelijk maakt! In een enquête van de Europese Commissie onderzoek toonde duidelijk aan dat de EU-burgers uitzicht Is Israël als de grootste bedreiging voor de wereldvrede, nog voor Iran, Noord-Korea en, opmerkelijk, voor de Verenigde Staten. In een tijd waarin het nu bijna alles wat Israël of Joden betreft, hoewel alleen ook maar terloops negatief, wordt afgedaan als antisemitisme, passen zulke resultaten niet in het politieke landschap. Blijkbaar heeft dit ertoe geleid dat de EU zich direct van de resultaten distantieerde – hoe dat ook altijd mogelijk mag zijn bij een representatieve enquête.
De Bijbel en de belangrijke rol van Israël in wereldvrede
Desalniettemin zijn de resultaten interessant, want eigenlijk schrijft de bijbelse profetie van het land van Israël en het Joodse volk een belangrijke rol toe. Als voorbeeld kan men zich herinneren aan Zacharia 12 vers 1-3: “De last, het woord van de HEERE over Israël. De HEERE spreekt, Die de hemel uitspant, de aarde grondvest en de geest van de mens in zijn binnenste vormt. Zie, Ik ga Jeruzalem maken tot een bedwelmende beker voor alle volken rondom, ja, ook tegen Juda zal het gaan bij de belegering van Jeruzalem. Op die dag zal het gebeuren dat Ik Jeruzalem zal maken tot een steen die moeilijk te tillen is voor al de volken. Allen die hem optillen, zullen zichzelf zeker diepe sneden toebrengen, en al de volken van de aarde zullen zich tegen haar verzamelen”.
In vers 6 staat er nog: “Op die dag zal Ik de leiders van Juda maken als een vuurbekken in een stapel hout en als een brandende fakkel in een graanschoof. Rechts en links zullen zij al de volken rondom verteren en Jeruzalem zal nog op zijn plaats blijven, in Jeruzalem”.
Dat is nog toekomstig.
Deze gebeurtenissen zijn ongetwijfeld nog toekomstig. Hoewel het moeilijk te zeggen is wanneer precies de profetische klok begint te tikken, omdat de vergadering (gemeente, kerk) niet het onderwerp van de profetie is, en in sommige opzichten buiten deze tijdelijke beschouwing blijft. In dit opzicht kunnen we niet uitsluiten dat de profetische klok (even onafhankelijk van de gemeente van God), ook al in de tijd weer begint te “tikken” als zij nog op de aarde is.
Het is echter duidelijk, dat de gemeente van God vóór de zogenaamde grote verdrukking in de hemel opgenomen wordt (zie Openb. 3:10) – en over deze periode spreken deze verzen.
Lessen uit Zacharia 12
Daaruit leren we:
a) De dingen zijn door God zo vast besloten en onveranderlijk – het is een uitspraak van de Heer zelf, en wel over Israël.
b) De Heer van Israël – want alzo is Zijn naam in verbinding met Zijn aardse volk Israël – is tegelijk de schepper die alle dingen geschapen heeft, en daarom ook de Heer van de schepping en de schepsels is. Hij zal deze dingen zo bewerken, omdat Hij de Schepper-God is, en alleen dit recht bezit met en in deze schepping te doen wat Hij wil.
c) God Zelf heeft de teugels in Zijn hand. Wanneer men ook de indruk van deze toekomstige dagen van absolute chaos zou kunnen krijgen, dat alles kapot en ten onder gaat, niemand heeft het heft in de hand: Nee, God heeft de teugels in Zijn hand – Hij heeft het al meer dan 1000 jaar vóór de vervulling laten opschrijven.
d) Jeruzalem als stad, maar ook als symbool van het land Israël is als een schaal der bedwelming voor alle volken rondom. Iedereen die denkt dat ze tegen Israël moeten strijden, zullen wankelen en ten val komen. Elke strijd tegen Israël leidt uiteindelijk tot een nederlaag!
e) Dit wordt bevestigd door de gedachte aan de “steen die moeilijk te tillen is”. Iedereen die denkt dat hij het kan opnemen tegen Israël, zal merken wat hij zich voor een “belasting” op de hals gehaald heeft, dat hem in feite omver zal werpen.
f) Dat zal “op die dag” gebeuren, blijkbaar een verwijzing naar de dag van de Heer, dat in het Oude Testament altijd een indicatie is van Gods rechtstreekse ingrijpen kort voor het begin van het 1000 jarig vrederijk.
g) Alle volken zullen zich rondom Jeruzalem verzamelen: wanneer we tot nu toe twee wereldoorlogen meegemaakt hebben, zijn ze niets vergeleken met deze wereldoorlog, waarvoor deze aarde nog staat.
h) Het centrum van de onrustlegers zal dan bij Jeruzalem gelokaliseerd zijn. Israël en Jeruzalem – daar en daaraan zullen het geluk en het ongeluk van de volkeren beslist worden.
i) Deze oorlog zal een spektakel worden (hoewel niet tot grote vreugde van de mensen) – onvergelijkbaar (vuurbekken; brandende fakkel)! . Zoveel doden als in deze oorlogen heeft de wereld niet eerder gezien (vgl. de stank van dode lichamen in Jes. 34:3; Openb. 19:17,21 – de maaltijd van vogels).
Europa en vele andere landen zullen worden verslagen!
Nu tonen deze punten tot dusver alleen, dat veel landen door hun vijandigheid tegenover Israël uiteindelijk zelf worden getroffen. In dit opzicht Israël is natuurlijk een bedreiging voor de wereldvrede, omdat de Bijbel uitdrukkelijk over deze oorlog spreekt. Maar een verenigd Europa zal het niet beter vergaan! Plaatsen als Openbaring 16 en 19 lijken erop te wijzen dat Europa aan deze oorlog voor en om Jeruzalem zal deelnemen (bijv. Openb. 19:19). En de heerser van het verenigd Europa wordt rechtstreeks in de hel, in de poel van vuur, geworpen (19:20 – het dier).
Al deze plaatsen maken dus duidelijk: zolang er geen vrede in de wereld is, zal het Israel strijd, conflicten en vijandigheid geven. Maar deze geschillen eindigen alleen met de komst van de Messias, de Heer Jezus Christus, op deze aarde (Openb. 19:11-20:3). Met zijn komst echter zijn de grootste oorlogen verbonden, die deze aarde ooit meegemaakt heeft – en wel in het centrum van Israël, in Jeruzalem.
Israël is een bedreiging van de wereldvrede
In dit opzicht is Israël werkelijk een bedreiging voor de wereldvrede – maar natuurlijk in een ander opzicht dan de studieresultaten van de EU-commissie het weergeeft. En deze bedreiging van de wereldvrede is pas dan voorbij, wanneer de gelovige Christenen al lang niet meer op de aarde zullen zijn (ja, ze komen juist op dat ogenblik vanuit de hemel weer op de aarde (2 Thess. 1:10).
Hebt u persoonlijk vrede?
Vandaag de dag moet dus niemand naar wereldvrede in deze zin uitzien – het komt nog niet. En degenen die tot kort voor het begin van deze wereldvrede op aarde leven (en vandaag het evangelie al gehoord hebben, dat zij zich bekeren en zich tot God omkeren moeten), zullen de vrede zeer nabij komen – en toch niet bereiken. Want zij zijn voor eeuwig verloren en zullen niet het Koninkrijk van de Heer in kunnen gaan, want: (Joh. 3:3) “Tenzij iemand opnieuw geboren wordt, kan hij het koninkrijk van God niet zien” {Telos-vertaling}. En iemand die vandaag geen ernst maakt, zal na de opname van de gelovige christenen geen tweede kans krijgen (vgl. 2 Thess. 2:11). Maar tot de dag van vandaag is het nog steeds genadetijd om vrede met God te ontvangen en met Christus de ware wereldvrede te ervaren.
Foto is van: www.bibleplaces.com
© Bibelpraxis, Manuel Seibel
Geplaatst in: Toekomst
© Frisse Wateren, FW