16 jaar geleden

Evolutie – Kool, Neandertaler en haaien (II)

De Neandertaler is weliswaar niet onze tijdgenoot, maar hij schijnt voor sommigen van ons vertrouwder dan sommige echte tijdgenoten. Velen van ons verbinden met de Neandertalers automatisch de gedachte aan “evolutie”. Dat komt daardoor, dat volgens de eerste weinige vondsten aan het begin van de 20e eeuw aangenomen werd, dat de Neandertalers zo ongeveer een tussenvorm tussen apen en mensen zijn. O ja??? … Net als de Neandertaler zijn de Dinosauriërs – sinds hun grootschalige op de markt brengen aktueler dan ooit – naar het begrip van velen zo iets als een bewijs voor de evolutie. Hoezo eigenlijk? …

– Overwegingen over het ontstaan van het levende wezen –

Vervolg 3.

De Neandertaler, Lucy en andere grootouders

De Neandertaler is weliswaar niet onze tijdgenoot, maar hij schijnt voor sommigen van ons vertrouwder dan sommige echte tijdgenoten (weet u bijvoorbeeld wat een Kannada is? Neen? Dat is een nabestaande van de gelijknamige volksstam in Zuid-India, en er zijn op het ogenblik meer dan 33 miljoen van hen …1. Hoeveel Neandertalers er geweest zijn, zal men nooit weten. Gevonden heeft men ca. 500 – beter gezegd delen van skeletten, die tot ongeveer 500 personen gehoord zouden hebben. De meesten daarvan vond men in West-Europa, enkelen in het nabije Oosten. Zijn naam heeft hij naar een dal bij Düsseldorf, waar een schedel gevonden werd.

Velen van ons verbinden met de Neandertalers automatisch de gedachte aan “evolutie”. Dat komt daardoor, dat volgens de eerste weinige vondsten aan het begin van de 20e eeuw aangenomen werd, dat de Neandertalers zo ongeveer een tussenvorm tussen apen en mensen zijn. Dat betekent: Deze populairste van onze oer-oer-…grootvader was om zo te zeggen de “anti-Adam” geworden. Hij was een kroongetuige voor de evolutie van de mens uit de apen, zoals Adam en Eva voor de bijbelse verklaring van de herkomst van de mens staan.

Intussen is die stand van zaken helemaal niet meer zo duidelijk, zoals de massamedia en gangbare schoolboeken stellen. De vraag “stamt de mens van de apen af?” wordt door wetenschappers helemaal verschillend of liever helemaal niet beantwoord.

In de eerste plaats: De Neandertaler als evolutionaire voorloper van de huidige mens is “gestorven”. Nadat men – zie boven – een groot aantal skeletresten evenals daarbij horende werktuigen, graftoevoegsels enzovoorts gevonden heeft, is men eenstemmig tot de slotsom gekomen, dat de Neandertaler een uitgestorven mensenras moet zijn. Dus geenszins een verbinding tussen apen en mensen, maar juist mensen waarvan de lichaamsbouw en leefgewoonten zich nauwelijks van de huidige “onbeschaafde” volken onderscheidt.

Dus gaat de zoektocht naar de wieg van de mensheid en naar onze evolutionaire voorlopers verder. Tot enige bekendheid is in dit opzicht ook Lucy gebracht. “Zij” is een vrouwelijk, enigermate volledig skelet, dat in 19762 in Ethiopië gevonden werd. Dit skelet en een paar verdere vondsten werden door hun ontdekker, de paleontoloog (wetenschapper die zich met de voorgeschiedenis van de mens bezighoudt) Donald Johanson, als een nieuw soort Australopithecus afarensis aangeduid. Een van de meest gangbare tegenwoordige theorieën ziet in dit soort een voorloper van de huidige mens.

Het zou hier te ver voeren om verder op details in te gaan. Geïnteresseerden worden op JUNKER/SCHERER 1988 en SCHERER 1991 (zie Literatur) verwezen. Samenvattend kunnen de volgende belangrijke gezichtspunten vastgehouden worden:

  • Het is onder wetenschappers volledig omstreden en onduidelijk, hoe de evolutie van de mens flink vooruit gekomen moet zijn. Sommigen zeggen, er moet een gemeenschappelijke voorloper voor apen en mensen geweest zijn, van waaruit zich het geheel vertakt heeft. Anderen behartigen de meer bekende, maar eveneens volledig onbewezen mening, apen waren de voorlopers van de mens.
  • Een principieel probleem van deze onderzoekingen is het gebrek aan fossielen. Men heeft zo weinig skeletvondsten uit de geschiedenis van de voortijd, dat zich daaruit eigenlijk geen ontstaansgeschiedenis van de mensheid afleiden laat. Het gaat immers vanuit evolutionistisch inzicht daarom, meerdere honderdduizenden jaren mensheidontwikkeling ervoor uit te trekken. En dat moet met een paar duizend skeletten lukken … Dat is ongeveer zoiets als wilde men uit de vondst van twintig skeletfragmenten uit het kerkhof van een stad de familieverbanden van deze stad in de laatste duizend jaren vaststellen. Dat kan niet lukken. De tegenwoordige theorieën over de afstamming van de mens staan niet slechts op lemen, zij staan op helemaal geen voeten, zoals een groot deel van de skeletvondsten alleen uit een hoofd, been of kaakdelen bestaan. Geen verstandig mens zou zich door deze theorieën in zijn mening over ons mensen en de natuur moeten laten beïnvloeden.

 

Daarom is het dodelijk, wanneer wij ons verder voor ontwikkelde dieren houden en niet voor dat, wat wij werkelijk zijn: geschapen naar het beeld van God, voor Hem verantwoordelijk en zonder Hem verloren.


 

Wij mensen zijn dat, wat de bijbel van ons zegt: door God persoonlijk en onafhankelijk van de dieren geschapen levende wezens. Dat wordt door het ontbreken van “tussenvormen” tussen apen en mensen duidelijk bewezen. De bijbel beschrijft ook duidelijk dat de mensen – in onderscheid tot de dieren – verantwoording voor de Schepper gekregen hebben. Bijvoorbeeld in Genesis 1 en 9. Faalt de mens, dan lijden ook de dieren daaronder. Zie als voorbeeld Hoséa 4:1 en 3:

“… want de HEERE heeft een twist met de inwoners van het land, omdat er geen trouw, en geen welddadigheid en geen kennis van God in het land is … Daarom zal het land treuren, en een ieder, die daarin woont, kwijnen, met het gedierte van het veld, en met het gevolgelte van de hemel; ja, ook de vissen van de zee zullen weggeraapt worden”.

En precies dat is het immers, wat wij vandaag indringerder dan ooit ondervinden en ervaren. Daarom is het dodelijk, wanneer wij ons verder voor ontwikkelde dieren houden en niet voor dat, wat wij werkelijk zijn: geschapen naar het beeld van God, voor Hem verantwoordelijk en zonder Hem verloren.

  • In 1922 werd in de USA een tand gevonden. Niet in een tandartspraktijk maar in de vrije natuur. Omdat de tand er anders uitzag dan tot dusver bekende tanden, werd het als voorwereldlijk menselijke vondst geïnterpreteerd, en men “verklaarde” deze tand als behorend bij de toenmalige zogenaamde “Nebraskamensen”. Dat was wetenschappelijk gezien zeer gedurfd, en vijf jaar later bleek dat de tand van een uitgestorven navelzwijnsoort afstamde.

Deze eerder humoristische anekdote illlustreert een principiële moeilijkheid van het onderzoek van de evolutie van de mens: De fossielen zeggen niets. Zij vertellen ons niet of zij spreken konden … of zij in bomen klommen … of zij apen of mensen of iets anders waren … of zij God kenden of zij van Hem wisten … wanneer zij geleefd hebben … of zij een uitgestorven aap of een “missing link” (= ontbrekende schakel) waren …

Zelfs het scherpzinnigste anatomische onderzoek van skeletvondsten kan al deze vragen niet beantwoorden, omdat een paar skeletfragment- en aardewerkvondsten – en meer heeft men niet (zie boven) – te weinig verklaren. Het is daarom helemaal niet onverstandig om de schriftelijke getuigenissen van het verleden aan te wenden. Die spreken namelijk; en zij vertellen ons, hoe het met ons mensen begonnen is. God zij dank, dat Hij het wezenlijke over onze herkomst meegedeeld heeft. Anders waren wij op theorieën over kerkhofvondsten aangewezen. Maar zo kunnen wij weten: God heeft de mensheid en ieder afzonderlijk van ons met een duidelijk bedoeling geschapen. Wij kunnen met Hem spreken. Hoewel dat veel, veel moeilijker geworden is, sinds wij Hem ontrouw geworden zijn. Daarover onder punt 5 meer.

De Dinosauriër

Net als de Neandertaler zijn de Dinosauriërs – sinds hun grootschalige op de markt brengen aktueler dan ooit – naar het begrip van velen zo iets als een bewijs voor de evolutie. Hoezo eigenlijk? Hoezo bewijst het feit, dat er Dinosauriërs geweest zijn, dat de levende wezens uit elkaar ontstaan zijn? Het feit dat er Dinosauriërs geweest zijn, bewijst vooral alleen maar, dat er Dinosauriërs geweest zijn. Is de bijbel ongeloofwaardig omdat Dinosauriërs daarin niet voorkomen? In de eerste plaats is de vraag of zij niet toch in de bijbel genoemd zijn (wij willen daarop niet verder ingaan), en ten tweede komen tijgers en kolibri’s en vele andere diersoorten ook niet in de bijbel voor, omdat zij geen dierkundig leerboek is.

Er blijft eigenlijk alleen het argument dat de Dinosauriërs zo lange tijd geleden geleefd zouden hebben, dat het daardoor buiten de bijbelse tijdsperiode valt. Het gaat hier te ver, de overige prehistorische dateringsmethoden te bespreken – zij zijn eigenlijk een van de meest wankele pilaren van de hele evolutietheorie. Laten wij nu alleen vasthouden: de Dinosauriërs zijn slechts in de eerste plaats een groep uitgestorven dieren, zoals er vele andere uitgestorven levende wezens zijn. Wanneer zij ook maar iets bewijzen, dan een grote catastrofe, waaraan zij en anderen ten offer vielen. Dat bewijst ook het verschijningsbeeld van de Dinosauriërsvondsten: Zij werden door de dood in de meest ware zin van het woord verrast. Wat deze catastrofe was? De wetenschap heeft het tot nu toe niet ontdekt. Elk jaar verschijnt in de kranten een nieuwe theorie erbij. Beter gezegd: een schijnbaar nieuwe theorie; want de theorieën herhalen zich intussen in de loop der jaren …

Wordt D.V. vervolgd.

Peter Imming – Folge mir nach

NOTEN VERTALER:
1. Dakshina Kannada is een kustdistrict in de Indiase provincie Karnataka. Er leven zo’n 2 miljoen mensen waarvan de meeste het Tulu spreken, een dravidische taal. Het district ligt aan de westkust van India tussen Bombay en de meest zuidelijke punt van het schiereiland.
2. Wikipedia noemt het jaartal 1974.

Geplaatst in:
© Frisse Wateren, FW