“Maar ik heb tegen u, dat u uw eerste liefde hebt verlaten. Bedenk dan waar u afgevallen bent en bekeer u en doe de eerste werken“ (Openb. 2:4,5).
Als je met het lezen van de brief aan de gemeente in Efeze begint, zou je kunnen denken dat je een volmaakte gemeente voor je hebt. Er waren werken en arbeid, geestelijke en gemeentelijke activiteiten. Bovendien was voor de broeders en zusters van Efeze gemeentelijke tucht buitengewoon belangrijk, omdat ze het kwaad niet konden verdragen. Er werd beproefd wat er in en uit ging – de oudsten en opzieners functioneerden duidelijk onberispelijk. En zelfs bij moeilijkheden en tegenstand vanwege hun geloof in de Heer Jezus, bleven ze standvastig en zijn niet moe geworden.
Was deze gemeente in het hedendaagse Turkije ook niet de ontvanger van de brief van Efeziërs, waar we een geestelijke top en onvoorstelbare “zegeningen in de hemelse gewesten” (Ef. 1:3) voorgesteld krijgen? Paulus had zelfs aan de christenen in Efeze het geheimenis van de gemeente kunnen openbaren, dat door het hele Oude Testament heen verborgen was geweest (Ef. 3:9).
Maar toch komt het verwijt, slechts één ding, dat de Heer tegen hen naar voren moest brengen: zij hadden hun eerste liefde verlaten (Openb. 2:4)! De eerste liefde is je beste, je meest frisse liefde voor je Heiland en Heer. Het komt voort uit een brandend hart, dat in niets anders geïnteresseerd is dan in zijn of haar Heer en Redder.
Het verlaten van de eerste liefde gebeurt ook niet van vandaag op morgen, net zoals je een paraplu kunt verliezen. Nee, dit is een proces dat tijd kost en waarvoor wij verantwoordelijk zijn. We staan toe – misschien soms – dat andere dingen de eerste liefde toekomt. Dan worden misschien onze hobby’s, het beroep, de carrière, de studie, de tuin of wat dan ook belangrijker dan onze relatie met de Heer Jezus.
Je kunt dus actief zijn, geloofswerk doen, dienen, prediken, etc., zonder dat het hart erbij betrokken is. Wat mogelijk is met jou en mij persoonlijk, kan ook betrekking hebben op hele gemeenten. Als dat zo is, dan wordt alles in de loop van de tijd routine en vorm – de liefde onder de gelovigen verkilt en wordt op den duur vervangen door hardheid en liefdeloosheid.
Maar weet je, het is voor God niet onverschillig als wij onze “eerste liefde” hebben verlaten en ons hart niet meer voor Hem brandt. Hij wil jou en mij graag geheel voor Zichzelf terugwinnen, zonder “als en maar”.
Daarvoor is bekering noodzakelijk! Een heroverweging en bezinning op de tijd dat we de Heer uit het oog verloren (Op. 2:5). Alleen dan kunnen we ook weer naar de frisheid van de eerste liefde en de eerste werken van het geloof terugkeren. Vraag de Heer Jezus om je huidige geestelijke toestand te verduidelijken, om je te laten zien waar je staat; en bekeer je dan, zodat Hij jouw liefde weer kan laten ontvlammen. Ook als hele gemeenten moeten we ons altijd voor de Heer verootmoedigen en ons bekeren.
Christian Achenbach; © www.bibelpraxis.de
Geplaatst in: Christendom
© Frisse Wateren, FW