“… Het volk echter, zij die hun God kennen, zullen zij grijpen, en zij zullen hun wil ten uitvoer brengen” (Dan. 11:32).
Dit is een opmerkelijke uitspraak. Het maakt één ding heel duidelijk: God kennen resulteert niet in een leunstoelchristendom, maar in een actief geloofsleven!
Zij die groeien in de kennis van God beginnen ook meer op Hem te vertrouwen. Ze zullen nooit passief blijven als er een geestelijke strijd aan de gang is. Ze zullen zich sterken in God, putten uit Zijn kracht en de goede strijd van het geloof strijden!
Dit is precies wat de apostel Paulus deed. Sinds de dag van zijn bekering had hij één groot doel: hij was vastbesloten om zijn Heer en Meester beter te leren kennen. Daar streefde hij naar.
En raad eens! Om dit doel te bereiken verachtte hij alles wat hem op de een of andere manier hiervan had kunnen weerhouden. Zijn trots op zijn afkomst, zijn opleiding, zijn vroegere ijver voor de wet, zijn eigen ideeën – niets van dit alles telde meer.
Waarom? Omdat hij in de ban was van Christus. Jezus werd voor Paulus zijn alles in allen. Daarom deed Paulus er alles aan om de voortreffelijkheid van zijn Heer beter te leren kennen. Dat is wat Paulus wilde ontwikkelen. Dat was zijn verlangen. Daar verlangde hij naar.
De vreugde die het kennen van God met zich meebrengt werd door George Müller als volgt beschreven:
Hoe meer we van God weten, hoe gelukkiger we zijn. … Toen we God een beetje leerden kennen … begon ons ware geluk … en hoe meer we Hem leren kennen, hoe gelukkiger we worden. Wat zal ons zo buitengewoon gelukkig maken in de hemel? Het zal de vollere kennis van God zijn.1
Aan het einde van zijn leven zei Paulus met volle overtuiging: “… want ik weet Wie ik geloofd heb” (2 Tim. 1:12). En dit was niet alleen een zaak van het verstand. Voor hem was het een zaak van het hart! Hij had geloofservaringen met de Heer meegemaakt.
Hij had Hem persoonlijk ervaren. Daarom kon hij met zoveel vertrouwen spreken.
Dit verschil tussen theoretische kennis en persoonlijke ervaring is heel belangrijk. Een blinde zou je waarschijnlijk een lange lezing over kleuren kunnen geven. Hij zou je kunnen vertellen over de oorsprong van kleuren, hun culturele betekenis en nog veel meer. Maar hij zou nooit in staat zijn om hun schoonheid op dezelfde manier te beschrijven als iemand die kijkt naar het fascinerende kleurenspel tijdens een zonsondergang.
In het geval van Paulus had, wat hij over God wist en wat hij met Hem had meegemaakt, verstrekkende gevolgen. Het ontwikkelde een onwankelbaar vertrouwen in de trouw van zijn Heer. Paulus wist Wie God is, hoe God is en hoe hij met Hem verbonden was. Daarom vertrouwde Paulus zijn hele leven onvoorwaardelijk aan God toe.
Geloof is niet onwetend, ongevoelig of zorgeloos wanneer het geconfronteerd wordt met moeilijkheden. Maar geloof betrekt God bij elke belangrijke kwestie. Geloof kijkt naar Hem op, steunt op Hem en neemt van Hem alles wat het nodig heeft. Daarin ligt het geheim
van de kracht van het geloof.
(Charles H Mackintosh)
Paulus was ervan overtuigd, dat de Heer elk offer dat uit liefde voor Hem werd gebracht, zou belonen. Dat had de Heer beloofd. En Paulus wist ook, dat God machtig en trouw is. Hij houdt Zijn beloften! Paulus had dat zelf ervaren.
God beter leren kennen leidt tot meer vertrouwen. Daarom zei David: “De HEERE is mijn herder, mij ontbreekt niets” (Ps. 23:1).
Hoe kon David zo’n krachtige uitspraak doen? Waarom kon hij hier zo zeker van zijn? Omdat hij de Herder niet alleen van horen zeggen kende, maar uit eigen ervaring. Daarom wist hij “God is meer dan genoeg voor mij.”
Hoe groot wordt de Heer geëerd als we groeien in de kennis van God, als we Hem daardoor meer en meer vertrouwen en als we in Hem alles vinden wat we nodig hebben!
“Wie heb ik behalve U in de hemel?
Naast U vind ik nergens vreugde in op de aarde.”
Psalm 73:25
© The Christian Explorer – Philip Svetlik
Geplaatst in: Christendom
© Frisse Wateren, FW