“Ik weet van een mens in Christus … die werd opgenomen tot in [de] derde hemel … is mij een doorn voor het vlees gegeven, een engel van satan, om mij met vuisten te slaan …”.
Altijd veilig in Christus
Hoe buitengewoon verschillend waren toch de ervaringen van deze dienaar van de Heer, toen hij enerzijds in de derde hemel was en anderzijds door een engel van satan op de aarde met vuisten geslagen werd. Maar toen hij pijniging, wrok en andere gevolgen van de ‘doorn voor het vlees’ voelde, was hij dan niet zo veilig in Christus als hij was toen hij onuitsprekelijke woorden hoorde?
De positie voor God in Christus is op geen enkele wijze gewijzigd door deze opmerkelijke verandering van omstandigheden en ervaringen. Het is leerzaam om bij deze gedachte eens even stil te staan. Hebben de meeste gelovigen niet hun hoogtepunten en dieptepunten? Heeft enerzijds Israël niet de bitterheid van Mara geproefd, om anderzijds kort daarop het verfrissende genot van Elim met zijn palmbomen en waterbronnen te ervaren? En weten de meeste kinderen van God niet, hoe het is om vervuld te zijn met onuitsprekelijke vreugde en lof, maar ook bedrukt en bezwaard door de zorgen van het leven te zijn? En toch, zijn we op het pad van beproeving, vernedering en kwelling niet evenzo in Christus geborgen en gezegend, als wanneer we ons verblijden in de Heer?
Het is zeker altijd waar, dat we “voleindigd1 zijn in Hem, die het hoofd is van alle overheid en gezag” (verg. Kol. 2:10), en dat geen verandering van omstandigheden of ervaringen, of het nu donker of licht is, onze zekerheid en positie in HEM kan doen wankelen. Toch kunnen we het genot ervan verliezen wanneer we in plaats van met Christus met de dingen van deze aarde bezig zijn. Hoe gezegend is het dan voor de gelovige om in de Heer Jezus te blijven en met HEM bezig te zijn – dit zijn ervaringen van zegen.
[Uit: The Lord is near]
Online in het Duits sinds 22.08.2019.
Geplaatst in: Overdenking bijbeltekst
© Frisse Wateren, FW