“Want ik schaam mij niet voor het evangelie; want het is God’s kracht tot behoudenis voor ieder die gelooft, eerst voor de Jood, en ook voor de Griek” (Rom. 1:16).
In een provincie in Nigeria vond een fanatieke aanval door Moslims op hun christelijke buren plaats. Veel huizen en gebouwen waar Christenen bijeen kwamen lagen in puin. De Christenen kwamen toen in grote getale bijeen zodat de Moslims vreesden voor een wraakcampagne. Maar wat er toen gebeurde was totaal anders. Op de plaatsen waar de vijand zo boosaardig geweest was, zongen de Christenen lofzangen tot eer van God. Zij verklaarden dat zij bereid waren om te vergeven. Deze houding was onbegrijpelijk voor de Moslims.
Een stamhoofd was zo verbaasd en onder de indruk dat hij de Christenen vroeg om deze houding te verklaren. Enige tijd later verklaarde hij in het openbaar dat hij een Christen was geworden. Deze afvallige van het islamitische geloof moest rekening houden met de woede en wraak van zijn stamgenoten.
Daarom riep hij hen samen en verklaarde: “U kunt mij verdrijven en afwijzen, mij zelfs doden. Ik zal geen weerstand bieden. Maar u kunt mij mijn geloof in Jezus Christus niet afnemen. Ik heb Hem leren kennen als de Ene Die zonden vergeeft en ons gewillig en bekwaam maakt om de wandaden van onze medemens te vergeven”.
Het volk herkende nauwelijks hun hoofd, die nu mild voor hen stond en bereid was om te lijden. Hij was vroeger zo wreed en overheersend geweest. Er leek iets te zitten in het christelijk geloof!
Het evangelie van Christus is inderdaad de kracht van God tot behoudenis. Dit aanvaarden in geloof leidt tot een fundamentele verandering in iemands hart ten goede.
Geplaatst in: Overdenking bijbeltekst
© Frisse Wateren, FW