5 jaar geleden

Psalm 57 vers 3; Klaagliederen 3 vers 32 en 33

“Ik roep tot God, de Allerhoogste, tot God, Die Zijn werk aan mij voltooien zal.”

“Want wanneer Hij bedroefd heeft, zal Hij Zich ontfermen naar de grootheid van Zijn goedertierenheid. Want niet van harte verdrukt en bedroeft Hij mensenkinderen.”

Job en de beproeving

 

Onder de personen in de Bijbel is er nauwelijks iemand met zo’n trouwe levenswandel als Job en ook nauwelijks iemand, die door zo’n zware beproeving gaan moest als hij. Eerst rijk gezegend door God, verloor hij achter elkaar zijn goederen, zijn kinderen, zijn gezondheid en zelfs de bijstand van zijn vrouw. Waarom zo’n beproeving voor iemand die zo voorbeeldig was?

In ieder geval bewijst dat, dat zulke beproevingen (afgezien van uitzonderingen) geen straffen zijn die God de Zijnen oplegt, zoals de vrienden van Job veronderstellen. Nee, naar Hebreeën 12 vers 6 zijn zij veeleer een bewijs van onze verhouding met Hem en de liefde, die Hij ons toont: “want wie [de] Heer liefheeft, tuchtigt Hij …”. Hij doet dat niet willekeurig, maar het komt ons ten goede en met de bedoeling, dat wij vrucht dragen voor Hem.

Wij begrijpen lang niet altijd het doel van de beproeving, die ons verrast en ons laat lijden, maar laten wij niet vergeten, dat God ons hart veel beter kent dan wijzelf en dat Hij precies weet wat nodig voor ons is!

Op een dag zullen wij het “waarom” van iedere beproeving begrijpen, en bij de aanblik van de wonderbare uitkomsten, die God voor ons en in ons bewerkt heeft, zullen wij Hem onophoudelijk prijzen.

Geplaatst in:
© Frisse Wateren, FW