6 maanden geleden

Contrasten in verbinding met het kruis (2)

Bijbelgedeelten: Hebreeën 2 vers 9; 12 vers 2; Johannes 1 vers 5,9; 8 vers 12; 11 vers 25; 14 vers 6; 15 vers 9; 17 vers 26; Psalm 88 vers 7,17; 109 vers 3,4,5; Mattheüs 27 vers 45.

Leestijd: 2 minuten

“… terwijl wij zien op Jezus, … Die … [het] kruis heeft verdragen …” (Hebr. 12:2).

De Heer Jezus kwam naar de aarde om de liefde van de Vader te openbaren (Joh. 15:9; 17:26). Maar in Zijn leven ervoer Hij vanaf het allereerste begin alleen maar afwijzing, minachting en haat van mensen. Hij wandelde over deze aarde om te verzachten en te genezen (Hand. 10:38), maar omwille van Zijn liefde waren ze Hem vijandig gezind (Ps 109:4). Ze gaven Hem kwaad voor goed terug en haat voor Zijn liefde (Ps. 109:5). Het hoogtepunt van Zijn afwijzing zien we echter aan het kruis: daar werd Hij geconfronteerd met de blinde en wrede haat van Zijn schepselen (Ps. 109:3). Maar dat was nog niet alles: in de drie uren van duisternis werd Hij uiteindelijk geconfronteerd met de onverbiddelijke toorn van een heilige en rechtvaardige God (Ps. 88:17; Klaagl. 3:1).

De Heer Jezus kwam in de wereld als het licht, en het licht scheen in de duisternis, maar de duisternis heeft het niet begrepen (Joh. 1:5; 8:12). Hij was het waarachtige Licht dat, door in de wereld te komen, ieder mens verlicht (Joh. 1:9). Maar wat gebeurde er aan het kruis? Daar werd Hij omringd door diepe duisternis. Midden op de dag viel er drie uur lang duisternis over het hele land (Matth. 27:45). Maar in die donkere uren was Hij niet alleen omgeven door uiterlijke duisternis, maar ervoer Hij ook de diepe duisternis van het Goddelijk oordeel. Vanwege onze zonden was Hij in duisternis, in diepten (Ps. 88:7). Hij moest de diepste duisternis ervaren zodat wij in het licht van God konden wonen.

De Heer Jezus is het leven (Joh. 11:25; 14:6). Hij kwam naar de aarde om mensen eeuwig leven te geven – en wel aan allen die in Hem geloven zouden (Joh. 6:47). Hij was het brood van het leven (Joh. 6:48) en het levende brood (Joh. 6:51). Ieder die van dit brood zou eten, zou leven tot in eeuwigheid (Joh. 6:51). Maar Hij Die het leven is, was gekomen om te sterven. Maar niemand kon Zijn leven van Hem afnemen, Hij liet het van Zich afnemen (Joh. 10:18). Op het kruis van Golgotha gaf Hij, de Vorst van het leven (Hand. 3:15), uiteindelijk Zijn leven en smaakte de dood voor alles (ieder) (Hebr. 2:9). Hij moest sterven, opdat wij konden leven.

 

Daniel Melui; © www.bibelstudium.de

Online in het Duits sinds 21.10.2024

Geplaatst in:
© Frisse Wateren, FW