11 maanden geleden

Vrede stichten (2)

In het vorige artikel hebben we gekeken naar de grote behoefte aan vrede in een tijd die gedomineerd wordt door conflicten, geschillen en oorlogen. Het tweede deel van het artikel geeft ons wat hulp over hoe we vredestichters kunnen worden.

Misschien kunnen de vier “punten” van vrede sluiten ons hierbij helpen:

  1. Geef eer aan God: Hoe kan ik God behagen en eren in deze situatie?
  2. De balk in ons eigen oog wegdoen: Hoe kan ik laten zien dat God in mij werkt?
  3. Zachtmoedigheid voor correctie: Hoe kan ik een persoon die tot dit geschil heeft geleid dienen en helpen om zijn eigen verantwoordelijkheid te nemen?
  4. Ga heen en laat u verzoenen: Hoe kan ik laten zien wat Gods vergeving inhoudt?

1: Geef eer aan God!

Als er twist ontstaat, worden relaties tussen gelovigen vernietigd en uiteindelijk is er maar één winnaar: de tegenstander, de duivel, voor wie vredestichters een doorn in het oog zijn. Daarom doen we iets wat God welgevallig is als we ons laten gebruiken om vrede te stichten.

En laten we ook denken aan onze gemeentelijke samenkomsten, waar we eenheid willen uitdrukken – we moeten onopgeloste zaken en zonden van tevoren opruimen. Op deze manier kunnen we een onbelemmerde gemeenschap hebben met allen.

“Wanneer u1 dan uw gave offert op het altaar en u daar herinnert dat uw broeder iets tegen u heeft, laat daar uw gave vóór het altaar en ga eerst heen, verzoen u met uw broeder en kom dan en offer uw gave” (Matth. 5:23-24).

 Een ander verhaal: Twee broeders hadden ruzie over een zondagsschoolkwestie – in het openbaar waar de andere gelovigen bij waren. De volgende zondag bracht een zuster een ongelovige mee naar de dienst, in de hoop dat de zoeker door de warmte van haar geloofsgenoten voor het geloof gewonnen zou worden.

Aan het begin van de dienst stonden de twee broeders op die de week ervoor ruzie hadden gemaakt. De zuster die haar vriendin had meegenomen dacht alleen maar: “Wat zal mijn vriendin nu wel niet denken, nu hier een ruzie wordt besproken?” Eén van de broers begon en beschreef de vervelende situatie van de vorige zondag. Hij zei, dat ze het dezelfde dag nog hadden besproken, elkaar hadden vergeven en zich hadden verzoend. Nu wilden ze ook hun medegelovigen om vergeving vragen omdat ze de eenheid van de Geest niet hadden bewaard in de band van vrede. Toen begon de samenkomst en onze zuster was de hele tijd bezig om te bedenken waarom deze publieke verontschuldiging uitgerekend vandaag nodig was. Op weg naar huis vertelde de ongelovige haar, dat ze erg onder de indruk was van de bereidheid van volwassen mannen om te vergeven – zoiets had ze nog nooit meegemaakt. Binnen een maand gaf ze haar leven over aan haar Heiland. Een ruzie leidde tot een bekering omdat twee broeders bereid waren om vrede te sluiten.

“Wie zijn overtredingen bedekt, zal niet voorspoedig zijn, maar wie ze belijdt en nalaat, zal barmhartigheid verkrijgen” (Spr. 28:13).

2: De balk in ons eigen oog wegdoen

Onderzoek onszelf! Onderzoek uzelf! Laten we eerlijk zijn! Heb ik achteloze woorden gesproken? Heb ik gemopperd en geklaagd waardoor anderen ontmoedigd zijn? Ben ik altijd eerlijk geweest, of heb ik dingen overdreven of onderschat? Hoe heb ik over mijn medegelovigen gesproken? Met roddel? Laster? Loze woorden?

“Laat geen vuil woord uit uw mond komen, maar veeleer één dat goed is tot opbouwing waar dat nodig is, opdat het genade geeft aan hen die horen“ (Ef. 4:29).

We hebben gelezen, dat de wijsheid “die van boven is, is in de eerste plaats rein, vervolgens vreedzaam” (Jak. 3:17).

 3. Zachtmoedigheid voor correctie

“Broeders, zelfs als iemand door een overtreding overvallen wordt, brengt u die geestelijk bent zo iemand terecht, in een geest van zachtmoedigheid” (Gal. 6:1).

Een geschiedenis: Een jongen en een meisje zitten in dezelfde klas – beiden zijn gelovig. De jongen heeft de slechte gewoonte om grappen te maken ten koste van zijn klasgenoten. Hij steekt ook vaak de draak met het gelovige meisje. Het meisje luistert hier lang naar en verdraagt het. Maar op een dag verliest het meisje haar zelfbeheersing en betaalt ze de jongen terug met gelijke munt. Thuis denkt ze er nog eens over na. “Hij heeft me wel 100 keer voor gek gezet – en nu heb ik één keer gereageerd.” Haar geweten slaat toe! Was het juist om terug te slaan? Was het juist om dit voor de hele klas te doen, omdat ze allebei gelovig zijn?

De volgende dag gaat het meisje naar de jongen en verontschuldigt zich. De jongen kijkt verbaasd en zegt alleen: “Het is oké.” Het meisje wilde hem echter ook aanspreken op zijn gedrag en vertelde hem dat ze zich gekwetst had gevoeld toen hij grapjes had gemaakt ten koste van haar. “Oh, ik maakte maar een grapje!” “Ja, dat is wat jij denkt, maar zo voel ik het niet. Weet je, mijn tong heeft ook veel schade aangericht. Vraag maar aan mijn ouders hoe vaak ik thuis iemand pijn heb gedaan. Ik wil je alleen maar helpen.”

“En dan is er nog iets: we zijn allebei gered en gelovig! Welk getuigenis hebben we gisteren allebei gegeven? Willen we elkaar niet vergeven om weer meer schijnende christenen te worden?” De jongen was zo onder de indruk van deze openheid en liefde, dat hij meteen zijn zonde bekende en om vergeving vroeg.

De Bijbel laat ons ook veel voorbeelden zien waar fouten en grieven behoedzaam werden aangepakt.

Laten we eens denken aan onze Heer Jezus en de vrouw bij de put. Zie Johannes 4 vers 1-18. Hij had rechtstreeks kunnen zeggen: “Ik ken u, Ik ken uw leven en Ik weet dat u herhaaldelijk overspel pleegt.” Maar dat deed onze Heer niet. Hij sprak over het levende water, over Zichzelf, en toen zei Hij: “Ga heen, roep uw man en kom hier,” waarmee Hij het grote probleem in haar leven aan de orde stelde.

De Heer Jezus gebruikte vaak gelijkenissen en verhalen om mensen zachtjes tot erkenning van hun zonden te brengen. Het is belangrijk om dat van aangezicht tot aangezicht te doen. Op ooghoogte. Met nederigheid. Openhartig. In liefde.

“De waarheid vasthouden (zeggen) in liefde” (Ef. 4:15)

Wees waarachtig in liefde; wees duidelijk in liefde – niet het ene naar voren schuiven ten koste van het andere. Dit houdt ook in dat we “snel zijn om te horen, traag om te spreken, traag tot toorn” (Jak. 1:19).

Laat de ander uitpraten, wees aandachtig, verduidelijk uitspraken, denk na over wat ze hebben gezegd.

4. Ga heen en laat u verzoenen

“… verzoen u met uw broeder en kom dan en offer uw gave” (Matth. 5:23-24).

Een vrouw zei eens: “Ik kan mijn man niet vergeven. Hij heeft me zoveel pijn gedaan. Hij probeert het en heeft me verschillende keren om vergeving gevraagd, maar ik kan het gewoon niet.”

Wat zou de Heer Jezus nu zeggen? Ik vergeef u. Ik beloof het u:

  • dat Ik nooit meer aan uw zonden zal denken;
  • dat Ik er nooit meer op zal terugkomen;
  • dat Ik er nooit meer over zal beginnen;
  • dat Ik ze nooit meer tegen u zal gebruiken; 
  • dat Ik er nooit met iemand anders over zal praten;
  • dat deze zonde nooit tussen ons in zal komen te staan of onze relatie onder druk zal zetten.

Volledige vergeving en verzoening

Kolosse 3 vers 13 zegt: “Elkaar vergevend … zoals ook Christus u vergeven heeft, zo ook u.”

Een zuster zei eens: “Telkens als er ruzie is tussen mij en mijn man, wordt mijn man ‘historisch’”. De persoon tegenover haar moest lachen en zei: “U bedoelt toch zeker ‘hysterisch’!” “Nee”, zei ze, “ik bedoel precies het woord ‘historisch.’ Hij houdt een gedetailleerd mentaal verslag bij van alles wat ik ooit verkeerd heb gedaan en als we ruzie hebben, geeft hij me een geschiedenisles.” Dat is geen volledige vergeving!

Elkaar vergeven zoals Christus ons vergeven heeft. Willen we dat doen? Dan eren we onze Heer!

Uiteindelijk weten we uit de Bijbel dat er – zeer binnenkort – een wereldwijde vrede zal zijn. Deze vrede zal echter niet het resultaat zijn van menselijke inspanningen, maar zal door God Zelf worden ingevoerd wanneer het duizendjarig rijk begint. Het koninkrijk van God onder de openbare heerschappij van de Heer Jezus zal een koninkrijk van vrede zijn (Jes. 9:6). Er staat, dat er geen einde aan de vrede zal komen. Wat zal deze tijd heerlijk zijn! Tot Zijn wederkomst moeten wij als christenen ernaar streven om het voorbeeld van Mordechai te volgen: “…hij zocht het beste voor zijn volk sprak tot welzijn van heel zijn nageslacht” (Est. 10:3).

 

NOOT:
1. Enkelvoud.

 

Sebastian Rothe; © The Christian Explorer

Geplaatst in:
© Frisse Wateren, FW