Deze doorlopende overdenking is ontstaan uit voordrachten en zijn voor de praktijk bedoeld. Moge de Heer ons door deze eenvoudige overdenking rijkelijk zegenen! – Het ligt mij op het hart daarop te wijzen, dat men uitleg over het Woord van God alleen met de Bijbel en onder gebed leest.De velden van Moab.
Elimélech en zijn familie trokken naar de “velden” van Moab. Het natuurlijke oog ontdekte in Moab een mooi, vruchtbaar land, zoals eens Lot, de vader van Moab. Deze zag en koos de vlakte van de Jordaan. Hij beging een noodlottige fout dit vruchtbare gebied, waarin Sodom lag, te meten aan het land Egypte en het te vergelijken met de tuin van Eden. Verwondert het ons dat Lot’s beoordelingsvermogen zo misvormd was, dat hij tenslotte in de poort van Sodom zat? Wanneer de smaak aan de dingen van de wereld eenmaal ontwikkeld is, zoals bij Lot in Egypte was gebeurd, dan is de gemeenschap met een Godvruchtige oom – lees: de oude broeders – ongemakkelijk. Demas is een moderne Lot, waarvan er helaas velen zijn. Men heeft “de tegenwoordige eeuw lief gekregen” (2 Timotheüs 4:10). De leus van vandaag is: “Vrijheid, zoals ik bedoel!”. Abraham bezat een tent en een altaar. Hij had gemeenschap met zijn God en diende hem. Lot wilde vrij zijn en raakte in gevangenschap waaruit Abraham hem bevrijdde.
Ook kinderen van God kunnen “vrijheidsgedachten” hebben om zich meer aan hun aardse vooruitgang te kunnen wijden. Men neemt het niet meer zo nauw met de woorden van God. De “smalle weg” wordt breder gemaakt. Dan begint het afwijken tot tenslotte de wereld en haar dingen het hart vervullen. Aanvankelijk staat weliswaar één voet in de wereld, maar de vijand zorgt ervoor dat de tweede spoedig volgt. Maar wanneer ik praktisch gezien �leven in overvloed� (Johannes 10:10) heb in de Heer Jezus dan vervult Hij mijn hele hart en heb ik niets meer van de wereld nodig. Hij is dan het middelpunt van mijn leven, mijn vreugde en mijn geluk. Een dichter zegt treffend:
Leef wel gij aarde, ‘k ben slechts uw gast,
houd uw vreugden, houd uw last.
Berg en dal zijn wonderschoon omgeven,
maar niet zoals de hemelse dreven.
Wat bovenal aan mijn oog zich heerlijk ontvouwt,
is, dat het voor altijd de Heer aanschouwt.
(vergelijk Psalm 73:25+26)
Alles wat niet verbonden kan worden met de Naam van de Heer Jezus is van de wereld en is ballast voor ons geestelijk leven. De vorm van de wereld die door Moab wordt gekarakteriseerd, is bijzonder gevaarlijk. Daarin hebben we een beeld van het door satan geïnstrueerde religieuze systeem: de Christusloze christenheid. Johannes waarschuwt de kinderen van God: “Hebt de wereld niet lief, noch wat in de wereld is. Als iemand de wereld lief heeft, is de liefde van de Vader niet in hem. Want al wat in de wereld is: de begeerte van het vlees, de begeerte van de ogen en de hoogmoed van het leven, is niet uit de Vader, maar is uit de wereld. En de wereld gaat voorbij en haar begeerte, maar wie de wil van God doet, blijft tot in eeuwigheid” (1 Johannes 2:15-17).
Op religieus gebied wordt zeer veel “gedaan” om mensen te trekken en hen iets te bieden. Voor Elimélech iets aantrekkelijks, misschien als een noodzakelijk kwaad. Er zijn dingen waarvan vele “Christenen”, ook menige waarachtige kinderen van God, geloven dat ze gedaan moesten worden.
Uit goede motieven menen zij de wereld te kunnen verbeteren. Denken zij er niet aan dat ze slechts “bijwoners en vreemdelingen” op deze aarde zijn? (1 Petrus 2:11) De hele wereld ligt in het boze (1 Johannes 5:19b), zij is onverbeterlijk. De dag van het oordeel nadert (Handelingen 17:30,31; 2 Petrus 3:7-13). Ook doet men veel voor de jeugd. Men probeert ze door sport en spel enz. te winnen. Door “vurige” religieuze muziek opgehitst, raken ze in vrome extase. Veel wat satan de mensen aanbiedt wordt “Christelijk” omgevormd om voor Christus geestdriftig maken. Het kernpunt: de man van smarten van Golgotha en de verlossing door Hem zijn in de mist verhuld. Vele onstandvastige jongeren laten zich door de schitterende zeepbellen van een holle en gewetenloze naamchristenheid en haar propaganda misleiden en lopen mee. Christen zonder Christus! -, daarmee is satan beslist tevreden. “Vroom” mogen ook jonge mensen zijn echter niet om naar het kruis, naar de Heer Jezus geleid te worden. Christus betekent voor velen alleen maar een symbool voor religieusiteit; de “Heer Jezus Christus” van de heilige Schrift kent men niet. “Heer Jezus” zegt men niet, alleen maar “Jezus”. Kinderen van God behoren “Heer Jezus” zeggen. Hoe mooi is het wanneer dit uit ware Godsvrucht gebeurt. Wij weten dat daartoe de kracht van de Heilige Geest noodzakelijk is (1 Korinthe 12:13).
Een andere mogelijkheid om er een Moabitische levenswijze op na te houden is die, dat wij weliswaar niet daarheen “emigreren”, maar dat “Moab” naar ons komt. “Geen Moabiet zal in de vergadering des HEEREN komen” (Deuteronomium 23:3-6). Wij hebben te waken! De gewoonten, zoals tevoren beschreven, zijn op te rukken richting “Bethlehem-Juda” – broodhuis, waar onze normale plaats is: de gemeente van de levende God (1 Timotheüs 3:15).
Als gij nu met Christus opgewekt zijt, zoekt dan de dingen die boven zijn, waar Christus is, gezeten aan de rechterhand van God. Bedenkt de dingen die boven zijn, niet die op de aarde zijn. Want gij zijt gestorven en uw leven is met Christus verborgen in God (Kolosse 3:1-3).
Ter verdieping van de voorliggende overdenking wordt aanbevolen nog de volgende Bijbelplaatsen te lezen: 1 Petrus 1:15-19; Efeze 5:11-17; Jakobus 4:4.
De Schriftplaatsen van deze overdenkingen zijn aangehaald uit de Statenvertaling 1991 (Oude Testament) en uit de z.g. Voorhoevevertaling 4e druk (Nieuwe Testament), tenzij anders vermeld.
Wordt D.V. vervolgd.
Geplaatst in: Commentaren & personen
© Frisse Wateren, FW
Ruth (5)
Deze doorlopende overdenking is ontstaan uit voordrachten en zijn voor de praktijk bedoeld. Moge de Heer ons door deze eenvoudige overdenking rijkelijk zegenen! – Het ligt mij op het hart daarop te wijzen, dat men uitleg over het Woord van God alleen met de Bijbel en onder gebed leest.De velden van Moab.
Elimélech en zijn familie trokken naar de “velden” van Moab. Het natuurlijke oog ontdekte in Moab een mooi, vruchtbaar land, zoals eens Lot, de vader van Moab. Deze zag en koos de vlakte van de Jordaan. Hij beging een noodlottige fout dit vruchtbare gebied, waarin Sodom lag, te meten aan het land Egypte en het te vergelijken met de tuin van Eden. Verwondert het ons dat Lot’s beoordelingsvermogen zo misvormd was, dat hij tenslotte in de poort van Sodom zat? Wanneer de smaak aan de dingen van de wereld eenmaal ontwikkeld is, zoals bij Lot in Egypte was gebeurd, dan is de gemeenschap met een Godvruchtige oom – lees: de oude broeders – ongemakkelijk. Demas is een moderne Lot, waarvan er helaas velen zijn. Men heeft “de tegenwoordige eeuw lief gekregen” (2 Timotheüs 4:10). De leus van vandaag is: “Vrijheid, zoals ik bedoel!”. Abraham bezat een tent en een altaar. Hij had gemeenschap met zijn God en diende hem. Lot wilde vrij zijn en raakte in gevangenschap waaruit Abraham hem bevrijdde.
Ook kinderen van God kunnen “vrijheidsgedachten” hebben om zich meer aan hun aardse vooruitgang te kunnen wijden. Men neemt het niet meer zo nauw met de woorden van God. De “smalle weg” wordt breder gemaakt. Dan begint het afwijken tot tenslotte de wereld en haar dingen het hart vervullen. Aanvankelijk staat weliswaar één voet in de wereld, maar de vijand zorgt ervoor dat de tweede spoedig volgt. Maar wanneer ik praktisch gezien �leven in overvloed� (Johannes 10:10) heb in de Heer Jezus dan vervult Hij mijn hele hart en heb ik niets meer van de wereld nodig. Hij is dan het middelpunt van mijn leven, mijn vreugde en mijn geluk. Een dichter zegt treffend:
Leef wel gij aarde, ‘k ben slechts uw gast,
houd uw vreugden, houd uw last.
Berg en dal zijn wonderschoon omgeven,
maar niet zoals de hemelse dreven.
Wat bovenal aan mijn oog zich heerlijk ontvouwt,
is, dat het voor altijd de Heer aanschouwt.
(vergelijk Psalm 73:25+26)
Alles wat niet verbonden kan worden met de Naam van de Heer Jezus is van de wereld en is ballast voor ons geestelijk leven. De vorm van de wereld die door Moab wordt gekarakteriseerd, is bijzonder gevaarlijk. Daarin hebben we een beeld van het door satan geïnstrueerde religieuze systeem: de Christusloze christenheid. Johannes waarschuwt de kinderen van God: “Hebt de wereld niet lief, noch wat in de wereld is. Als iemand de wereld lief heeft, is de liefde van de Vader niet in hem. Want al wat in de wereld is: de begeerte van het vlees, de begeerte van de ogen en de hoogmoed van het leven, is niet uit de Vader, maar is uit de wereld. En de wereld gaat voorbij en haar begeerte, maar wie de wil van God doet, blijft tot in eeuwigheid” (1 Johannes 2:15-17).
Op religieus gebied wordt zeer veel “gedaan” om mensen te trekken en hen iets te bieden. Voor Elimélech iets aantrekkelijks, misschien als een noodzakelijk kwaad. Er zijn dingen waarvan vele “Christenen”, ook menige waarachtige kinderen van God, geloven dat ze gedaan moesten worden.
Uit goede motieven menen zij de wereld te kunnen verbeteren. Denken zij er niet aan dat ze slechts “bijwoners en vreemdelingen” op deze aarde zijn? (1 Petrus 2:11) De hele wereld ligt in het boze (1 Johannes 5:19b), zij is onverbeterlijk. De dag van het oordeel nadert (Handelingen 17:30,31; 2 Petrus 3:7-13). Ook doet men veel voor de jeugd. Men probeert ze door sport en spel enz. te winnen. Door “vurige” religieuze muziek opgehitst, raken ze in vrome extase. Veel wat satan de mensen aanbiedt wordt “Christelijk” omgevormd om voor Christus geestdriftig maken. Het kernpunt: de man van smarten van Golgotha en de verlossing door Hem zijn in de mist verhuld. Vele onstandvastige jongeren laten zich door de schitterende zeepbellen van een holle en gewetenloze naamchristenheid en haar propaganda misleiden en lopen mee. Christen zonder Christus! -, daarmee is satan beslist tevreden. “Vroom” mogen ook jonge mensen zijn echter niet om naar het kruis, naar de Heer Jezus geleid te worden. Christus betekent voor velen alleen maar een symbool voor religieusiteit; de “Heer Jezus Christus” van de heilige Schrift kent men niet. “Heer Jezus” zegt men niet, alleen maar “Jezus”. Kinderen van God behoren “Heer Jezus” zeggen. Hoe mooi is het wanneer dit uit ware Godsvrucht gebeurt. Wij weten dat daartoe de kracht van de Heilige Geest noodzakelijk is (1 Korinthe 12:13).
Een andere mogelijkheid om er een Moabitische levenswijze op na te houden is die, dat wij weliswaar niet daarheen “emigreren”, maar dat “Moab” naar ons komt. “Geen Moabiet zal in de vergadering des HEEREN komen” (Deuteronomium 23:3-6). Wij hebben te waken! De gewoonten, zoals tevoren beschreven, zijn op te rukken richting “Bethlehem-Juda” – broodhuis, waar onze normale plaats is: de gemeente van de levende God (1 Timotheüs 3:15).
Als gij nu met Christus opgewekt zijt, zoekt dan de dingen die boven zijn, waar Christus is, gezeten aan de rechterhand van God. Bedenkt de dingen die boven zijn, niet die op de aarde zijn. Want gij zijt gestorven en uw leven is met Christus verborgen in God (Kolosse 3:1-3).
De Schriftplaatsen van deze overdenkingen zijn aangehaald uit de Statenvertaling 1991 (Oude Testament) en uit de z.g. Voorhoevevertaling 4e druk (Nieuwe Testament), tenzij anders vermeld.
Wordt D.V. vervolgd.
Geplaatst in: Commentaren & personen
© Frisse Wateren, FW