Psalm 20:8
Vertrouwen wij in gevaarlijke situaties op eigen bekwaamheid of op de Heer? We hebben een Christen gekend die zich zelf hielp. Toen een inbreker in zijn huis kwam, ontving hij hem met een revolver. Hoe ging het verder? De inbreker trok eveneens een revolver en schoot hem neer. Toen de Heer tegenover Zijn vijanden stond en één van zijn discipelen met een zwaard de dienstknecht van de hogepriester sloeg, zei de Heer: "Allen die het zwaard nemen, zullen door het zwaard omkomen" (Mattheüs 26:52).
Nu een geheel andere ware gebeurtenis: Een jonge Christin die alleen woonde, kwam van een bidstond naar huis. Toen zij naar bed wilde gaan, zag ze de voet van een man onder haar bed. In plaats van in paniek te raken, knielde zij neer en bad hardop. In haar gebed noemde zij de vele misdadigers zowel in de gevangenis als ook daarbuiten. Ze bad de Heer innig Zich over deze mensen te erbarmen en hen te redden. Toen ging zij in vertrouwen op de Heer in bed. Verbaast het ons dat de man onder het bed wegkroop en tegen haar zei: "Wees niet bang, ik verdwijn". Zo verliet hij haar. Zij heeft op de Heer vertrouwd en niet op haar eigen behendigheid.
Is het vertrouwen op de Heer niet de allerbeste bescherming? De Naam van de Heer is meer dan bewaring. Tegelijk was het gedrag van deze zuster een getuigenis voor de crimineel, dat hij zeker nauwelijks vergeten zal. Of de zuster hem misschien in de hemel ontmoeten en vernemen zal dat hij door haar gebed overtuigd werd dat hij een Redder nodig had? Wat een geluk zou dat voor haar zijn.
Geplaatst in: Overdenking bijbeltekst
© Frisse Wateren, FW