5 jaar geleden

Kolosse 4 vers 7

“Alles wat mij aangaat zal Tychicus, de geliefde broeder en trouwe dienaar en medeslaaf in [de] Heer, u bekend maken”.

Tychicus was een medearbeider van de apostel Paulus. Op een dag krijgt hij de opdracht om een brief van Paulus van uit de gevangenis in Rome naar Kolosse te brengen. Het maakt een diepe indruk te zien met welke woorden Paulus deze man beschrijft. Met weinig lijnen tekent hij een beeld waarvan wij nu nog iets kunnen leren.

Er worden drie kenmerken van Tychicus genoemd, namelijk:

  1. Hij was een geliefde broeder;
  2. hij was een trouwe dienaar;
  3. hij was een medeslaaf in de Heer.

Geliefde broeder. Iedere gelovige is een kind van God en behoort daardoor tot de familie van God. Wij zijn broeders en zusters. Maar meer nog: God heeft ons lief. Dat is reden genoeg om evenzo onze broeders en zusters lief te hebben.

Trouwe dienaar. Wij kennen het arbeidsterrein van Tychicus niet zo precies. Maar waar het op aankomt, weten wij: Hij deed trouw zijn dienst. Ook wij allen hebben een dienst ontvangen. Mogelijk een heel nietige, maar dat is helemaal niet belangrijk. Beslissend is, of wij alles wat de Heer ons te doen geeft ook trouw doen.

Medeslaaf. Paulus noemt hem zo om hun hechte verbondenheid tot uitdrukking te brengen in hun gemeenschappelijke dienst. Bij ons is dat niet anders. God geeft ieder van ons een persoonlijke dienst, maar … Hij stelt ons daarin ook samen met anderen, die aan dezelfde zaak meewerken.

Zouden deze paar woorden ons niet moeten bemoedigen voort te gaan in de dienst voor de Heer, ook als er niemand acht op ons slaat.

Geplaatst in:
© Frisse Wateren, FW