Dit artikel werd gepubliceerd in een Duits magazine voor jongeren (Folge mir nach – FMN). Hoewel dit uiteraard toegespitst is op de situatie in Duitsland heeft dit evenzeer vele raakpunten met onze huidige Nederlandse situatie. Immers komen hier ook stromen vluchtelingen met alle vragen en problemen die daar omheen hangen. Ook op ons komt de vraag af: “Hoe gaan we om met deze toestroom van vluchtelingen?”
Momenteel is de Islam behoorlijk in de picture, met name de extremistische tak ervan. Wat is ons antwoord als christenen op deze ontwikkeling? Spreken we daarover ook met de Heer, Die alles ziet en hoort?
In het jaar 2014 zijn er 170.000 vluchtelingen gevlucht over de Middellandse Zee. Alleen al uit Syrië zijn er 42.000 afkomstig en 34.000 uit Eritrea. Ging men in het voorjaar nog van 450.000 asielzoekers uit en in augustus van 600.000, de verwachting in september is dat het er waarschijnlijk wel 800.000 per jaar zouden kunnen zijn. Eind september zijn er al 1.000.000, nu spreekt men van 1,5 miljoen …
Dat zijn de naakte “getallen”. Maar achter elke vluchteling zit een persoonlijk verhaal. En achter elke vlucht een persoonlijke motivatie. En wat is onze reactie als christenen op deze ontwikkelingen in het land waarin we leven? Door de sterke instroom komen vluchtelingen vaak zelfs in onze directe omgeving, ook in kleinere plaatsen. Hierdoor worden we momenteel in veel gevallen direct met deze mensen geconfronteerd.
Vluchtelingen in de bijbel
Toen ik begonnen was om mezelf met dit onderwerp bezig te houden, heb ik in de eerste plaats in een Bijbel-concordantie naar het woord vluchteling gezocht. Ik was verbaasd dat deze uitdrukking niet vaak wordt gevonden in Gods Woord. Nog meer verbaasd was ik dat hij heel vaak negatief is. Het gaat dan meestal om niet-gelovigen, die afkomstig zijn uit een goddeloos volk en onder het oordeel van God staan. Vaak gaat het om de tijd van de toekomstige grote verdrukking waarin deze volken vijanden van het volk van Israël zullen zijn. Daarom gaan ze het oordeel van de Heer Jezus tegemoet (Jes. 15:5; 22:3; Jer. 49:30, etc.). Soms betreft het ook Israël, zowel als verwijzing naar het oordeel van God als ook met het oog daarop, hen beschutting te bieden (Jes. 16:3,4).
Er is echter ook een andere kant. In Jesaja 21 vers 14 wordt uitdrukkelijk positief vermeld, dat men vluchtelingen verzorgt: “Treedt de dorstige tegemoet, breng water, inwoners van het land Tema, treedt de vluchteling met brood voor hem tegemoet” (Jes. 21:15). Dit toont aan hoe God een barmhartige houding ten opzichte van armen en de hulpelozen uitdrukkelijk ondersteunt.
Vreemden in de bijbel
Verder vinden we het thema van de “vluchtelingen” niet direct in de Bijbel. Maar in 2 Koningen 6 vers 18 e.v. staat een interessante geschiedenis, waar God de Syriërs met blindheid sloeg en Elisa hen naar Samaria leidde. Van de koning van Israël eiste hij uitdrukkelijk: “Zet hun brood en water voor, dan kunnen zij eten en drinken en teruggaan naar hun heer”. Zo deed de koning ook: “Hij bereidde daarop een grote maaltijd voor hen, en zij aten en dronken” (2 Kon. 6:22,23).
Zo luiden ook de geboden van God met het oog op de vreemdelingen, die in Bijbelse tijden – net zoals het nu is – om heel verschillende redenen naar Israël komen. Steeds weer opnieuw staat er uitdrukkelijk dat men de vreemdeling niet anders mocht behandelen dan de lokale bevolking. De eerste keer gebiedt God dit in verbinding met het Pascha: “Als er nu een vreemdeling bij u verblijft en als die voor de HEERE het Pascha wil houden, …, en zal hij zijn als een ingezetene van het land” (Ex. 12:48). In Leviticus 23 vers 22 lezen we de inzetting van God voor de Israëlieten, uitdrukkelijk om oogst over te laten voor de armen en vreemdelingen. Vergelijkbare uitspraken ten gunste van de armen en vreemdelingen lezen we herhaaldelijk in de wet. Dit onderstreept nog eens hoe Gods hart zich neigt tot vreemden en vluchtelingen.
God heeft vele wetten in het voordeel van buitenlanders uitgevaardigd. Zij deelden in de tienden (Deut. 26:12) en kregen dezelfde juridische status als de Israëliet (Deut. 24:17). De vreemdeling mocht dan ook nadrukkelijk niet uitgebuit worden (Lev. 19:33). Als rechtvaardiging daarvoor wijst God erop dat ook de Israëlieten voorheen vreemden geweest waren – namelijk in Egypte (Ex. 19:34).
De Heer Jezus identificeert zich met vervolgden
In de toekomst heeft de “vreemdeling” nog steeds een bijzondere betekenis. In Zijn profetie over de eindtijd (Matth. 24 en 25) spreekt de Heer Jezus van joodse zendelingen. Deze zullen in korte tijd het evangelie van het Koninkrijk aan alle naties verkondigen. Wie hen ontvangt, toont ermee dat hij God liefheeft en zich aan Hem onderwerpt. Dat rekent de Heer deze mensen aan, alsof ze Hemzelf hadden opgenomen. “Ik was een vreemdeling en u hebt Mij opgenomen … Voorwaar, Ik zeg u: voor zoveel u het hebt gedaan aan één van de geringsten van deze broeders van Mij, hebt u het Mij gedaan” (Matth 25:35,40).
Dit toont onafhankelijk van de profetische verklaring van dit gedeelte, wat voor een houding de Heer Jezus tegenover vreemden, alleenstaanden, vervolgden enzovoorts heeft. Het geeft ons een goede aanwijzing.
Vreemden herbergen
In het Nieuwe Testament spreekt de apostel Paulus erover, dat een weduwe ondersteund moet worden: “als zij gastvrijheid bewezen … als ze aan verdrukten hulp verleend heeft” (1 Tim. 5:10). Wanneer gastvrijheid zich zeker eerst op de gelovigen richt, zo sluit zij ongelovigen niet uit. De verwijzing naar verdrukten toont tegelijk, dat het gaat om een hart voor mensen die vervolgd worden of noodlijdend zijn – men zou er ook aan toe kunnen voegen: voor vluchtelingen.
En wij?
Tegen deze achtergrond bieden de huidige vluchtelingenstromen ons goede mogelijkheden die benut moeten worden. Ik schrijf dit niet uit eigen ervaring. Maar graag geef ik door, wat ik van een aantal goede voorbeelden gehoord en bij hen gezien heb. Of het ons motiveren kan om hetzelfde te doen? De Heer Jezus zou erg blij zijn.
Ieder van ons heeft verschillende taken. Misschien heeft de Heer Jezus op dit terrein juist een geloofswerk voor u? Door het lezen van het Woord en gebed, door aanwijzingen van geestelijke vrienden en van je ouders, ook al moet je nog thuis wonen, zul je dat onderkennen. Natuurlijk vereist het geloofsenergie om actief te worden.
Conclusies voor de huidige situatie
1. We kunnen bijstand (van praktische, materiële aard) verstrekken. Hiervoor moeten we ons opmaken en naar de opvangcentra gaan om hulp te bieden. Echter, men krijgt in tegenstelling tot de voorgaande jaren als gevolg van de veiligheidssituatie in de eerste opvang in het algemeen geen toegang meer. De vluchtelingen blijven in deze “kampen” vaak maar een paar weken voordat ze over een volgend onderkomen verdeeld worden. Het wordt sterk aanbevolen officieel bij het beheer van opvangcentra om toestemming te vragen.
Anders is het wanneer de vluchtelingen in de voorlopige accommodatie in de verschillende steden aangekomen zijn. Dan kan men vaak veel beter contacten leggen, waarbij de bekwaamheid van de verdeler om te communiceren een centrale betekenis toekomt. Men moet zich erop instellen allereerst helaas slechts fragmentarisch met elkaar te kunnen spreken. Tolken, spreken ‘met handen en voeten’ en grote flexibiliteit zijn van onze kant nodig.
Hiervoor moet u tijd nemen en eerst naar de geografische ligging en de organisatie van een vluchtelingen-hostel kijken. Als men zich daarmee bekend heeft gemaakt, zal men in staat zijn om bepaalde processen te herkennen en onder gebed een gezin ontdekken, die men voor materiële donaties uitkiest. Het gaat echter vaak niet om hulp dat geld van ons vraagt, maar vooral tijd om te luisteren, om hulpdiensten, om vervoersdiensten, bijvoorbeeld ook om huiselijke verzorging van kinderen, etc.
Ook als tieners en jonge volwassenen, kun je een praatje maken. Want vaak komen er grotere gezinnen van vluchtelingen, bij wie kinderen en jongeren zijn.
Als het om materiële hulp gaat, moeten we ons 1 Timotheüs 6 vers 8 herinneren: “Hebben wij echter voedsel en kleding, dan zullen we daarmee tevreden zijn”. Misschien zeg je: Als scholier, leerling of student heb ik helemaal geen geld. Het feit dat je geen grote sprongen kunt maken, kan iedereen begrijpen. Maar voordat je dit thema snel “ad acta” legt, moet het je wel duidelijk worden hoeveel geld je uitgeeft voor andere dingen: Smartphones, muziek, games en andere dingen. De Heer Jezus zegt in Markus 9 vers 29 e.v., dat ‘degene die verlaat ter wille van Mij en ter wille van het evangelie, rijkelijk beloond wordt’.
2. Wanneer men een dergelijk contact gekregen heeft en in gesprek gekomen is, zal men in staat zijn om bij de meer belangrijke dienst aan te sluiten: Men probeert hen vertrouwd te maken met het Evangelie. Het is daartoe nuttig, vooral Gods Woord, bijvoorbeeld, om het Evangelie van Johannes te verspreiden. Er is goed evangelisch materiaal om uit te delen in de nationale talen. Het kan besteld worden bij: www.gbv-dillenburg.de
3. Flyers en traktaten kan men bovendien, ook zonder concreet contact met een gezin in zo’n asielzoekerscentra, verspreiden. Hoewel er een aantal analfabeten onder hen zijn, zijn het ten dele zeer opgeleide mensen. Daardoor zijn er in het verleden goede contacten ontstaan. Hiervoor moet je echter noodzakelijkerwijs toestemming vragen of in de wijdere omgeving van onderkomens voor vluchtelingen geschriften uitdelen aan voorbijgangers. Helaas zijn hier al een aantal fouten gemaakt, die het Evangelie meer geschaad hebben en de uitgever van de evangelische geschriften met onnodige problemen geconfronteerd hebben.
4. Gastvrijheid beoefenen kan natuurlijk ook doordat men zijn appartement of zijn huis voor zulke gastgezinnen opent. Dit gaat ongetwijfeld gepaard met aanzienlijke beperkingen. Hiervoor is het belangrijk om vooraf de kosten te bepalen (zie Luk. 14:28). Want als u voor deze route gekozen heeft, moet u daarbij ook blijven en niet tussendoor opgeven. Daarbij moet men zich ervan bewust zijn, dat dit allesbehalve eenvoudig is. Men kan in dit opzicht te gemakkelijk een “Johannes-Markus” worden (verg. Hand. 13:13).
Vluchtelingen komen vaak vanuit een totaal andere cultuur, dan zoals wij die kennen en praktiseren. Zij hebben andere gewoonten, die bijvoorbeeld ook dan, als we ernaar streven om hen in hun onderkomen op te zoeken, tot conflicten met potentiële verhuurders kan leiden. Dan worden wij als christenen in het bijzonder uitgedaagd …
5. Misschien is het ook mogelijk om de kinderen van deze gezinnen te winnen voor een evangelisatie-kinderclub. Wie betrokken is bij kinderarbeid, en in de buurt woont van zo’n plaats van opname, kan dat in gebed de Heer voorleggen. Dit werk moet mogelijk op meerdere schouders rusten. Hier wordt zeker het getuigenis-beginsel van ten minste twee personen, zoals de Heer Zijn apostelen toen uitgezonden heeft, bevestigd.
Vanuit het perspectief van zulke gelovigen, die ervaring in dit werk hebben, is dit zelfs de meest effectieve manier om via de vluchtelingkinderen het vertrouwen van de ouders te winnen. In tegenstelling tot de lokale bevolking zijn de vluchtelingen die in ons land komen niet bevooroordeeld maar verlangen vaak naar contact, genegenheid, integratie – gewoon “thuis” …
6. In verband met de verspreiding van flyers kan men geïnteresseerde gezinnen ook voor een huiskring en voor de christelijke bijeenkomsten uitnodigen. Hier is het in de regel zinvol eerst te zorgen voor een persoonlijk contact en het opbouwen van wederzijds vertrouwen. Langs deze weg laten velen zich gemakkelijker uitnodigen voor bijeenkomsten, die zij zo misschien niet kennen.
Overigens zijn onder de asielzoekers vele toegewijde christenen. Een gelovige is meestal op zoek naar een geestelijk thuis. Het is zeer de moeite waard om speciale aandacht te besteden aan het vinden van verlosten bij asielzoekers om hen pastoraal te helpen. Tegelijkertijd kan men hen helpen om de gemeenschap van gelovigen te vinden op de huidige plaats en later in de “doelplaats”. Over zulk een behulpzaamheid wordt ook snel in dergelijke kampen gesproken.
7. Boven alles staat het gebed. We bidden ervoor dat veel van de vluchtelingen Jezus Christus als Redder aannemen. We bidden ervoor dat we juist met hen in contact komen, die we geestelijk verder kunnen helpen. We bidden dat God de weg bereidt, zodat de vijand niet effectief kan zijn.1
Verwacht vijandschap
Niemand moet denken dat deze inzet eenvoudig is en zonder weerstand kan worden uitgevoerd. Satan, de grote tegenstander, is actief. Laten we niet vergeten dat een belangrijke oorzaak van de vluchtelingenstroom uit Syrië en andere staten de brutaliteit van de Islamitische Staat (IS) en fanatieke moslims is. Dat vooral mensen uit de zogenaamde Balkanstaten door de Duitse welvaart worden aangetrokken, moeten we niet vergeten.
Dus moeten we niet verbaasd zijn wanneer de samenleving en de religieuze opvattingen van onze omgeving geleidelijk verandert. Ook nu al heeft de Islam – een anti-christelijke religie, omdat het Jezus als Zoon van God en zijn verzoeningsdood loochent – enige verandering veroorzaakt. Dit zal in de toekomst met het oog op de stijgende islamitische immigratie verder versterken. Men moet er ook vanuit gaan dat militante IS-strijders deze stromen van vluchtelingen gebruiken, om naar Europese landen te komen.
Christus is sterker!
We behoeven echter geen angst hebben. Maar we moeten op alles voorbereid zijn. Vooral het feit dat satan alles zal proberen om onze inspanningen te vernietigen. We weten bijvoorbeeld vandaag, dat de Salafisten2 letterlijk strategieën opgesteld hebben over hoe ze zoveel mogelijk vluchtelingen voor hun strijd winnen kunnen. Maar we moeten weten: “Hij Die in u is, is groter dan hij die in de wereld is” (1 Joh. 4:4). Daarnaast hoor je dat in sommige getroffen landen door de daar heersende brutaliteit mensen in de armen van Jezus gedreven zijn.
Geen vooroordelen!
We moeten echter oppassen voor generaliserende oordelen, die ook christenen gemakkelijk over de lippen komen. Op school hoor je een hoop vooroordelen. En heel gemakkelijk menen ook wij de beweegredenen etc. van vluchtelingen precies te kennen. Iedereen heeft een eigen verhaal die we niet beoordelen kunnen.
Een unieke mogelijkheid!
Wanneer God ons vandaag de vreemdelingen zendt, dan heeft Hij een taak voor ons. Of het juist voor u een concrete taak is, zal de Heer u duidelijk maken, als u dat in gebed voor Hem brengt.
“Ons” zendingswerk onder Turken en andere islamitische inwoners van ons land was tot nu toe zeker niet “briljant”. Daarnaast is er veel potentieel voor zending onder andere bevolkingsgroepen in het land, waarvan we ons meer bewust moeten zijn. Zulke “ontwortelde” mensen bevinden zich in een moeilijke situatie, wat hun bereidheid om erbij te horen, vergroot. We mogen ons echter bij alle mogelijkheden niet al te veel mee laten slepen door de media hype, maar door de liefde en barmhartigheid van Christus, daar, waar ons arbeid voor de voeten valt.
Het gaat om mensen die in hun landen voor het grootste deel het evangelie nog nooit gehoord hebben, omdat het er meestal verboden is (bijv. Syrië, Irak, Afghanistan). Het is zeer ingewikkeld en gevaarlijk voor ons om daar heen te gaan en het evangelie te verbreiden, wat voor de meesten van ons toch vrijwel onmogelijk zou zijn.
Nu komen ze bij ons. Een unieke mogelijkheid, dat deze mensen die op zoek zijn naar geluk en welzijn voor hun aardse leven, vrede en het eeuwige leven voor de eeuwigheid vinden. Als we hen de boodschap in een geest van nederigheid en liefde brengen, om hun harten voor de Heer Jezus te winnen, zal God dat zegenen. Hij heeft dat in het verleden ook al gedaan.
En ook dit is er: We horen van mensen die hier tot geloof gekomen zijn en besloten hebben naar hun land terug te keren! Hun oorspronkelijke doel was voor hen nu niet langer zinvol. Nu willen ze hun uitgebreide familie vertellen over wat ze niet gezocht, maar werkelijk gevonden hebben, vergeving van zonden en vrede van de ziel in Jezus Christus.
Boeken/artikelen aanwijzingen:
Graag bevelen wij u aan het artikel “Mission für Muslime” in FMN 6/2011 eens te lezen. In FMN 3/2010 hebben wij het boek “An meine muslimischen Freunde” van Anise M. Behnam aanbevolen (beide artikelen staan op: www.folgemirnach.de). Het boek kan in de Duitse taal worden besteld via de redacteur van “Folge mir nach” (https://www.csv-verlag.de/shop/product_info.php?info=p2162) en kost € 2,50. In Arabische taal kan het besteld worden via: http://www.gbv-dillenburg.de
Manuel Seibel, © Bibelpraxis.de
Geplaatst in: Christendom, Cultuur, Maatschappij
© Frisse Wateren, FW