“En u vaders, prikkelt uw kinderen niet tot toorn, maar voedt hen op in de tucht en vermaning van de Heer” (Ef. 6:4).
Inhoud
- Wat kinderen nodig hebben …
- Geestelijke dingen staan op de eerste plaats
- De aandacht voor het gezin
- Een “verloren zoon” terugwinnen
Als we nu ons tot het tweede deel van de in Efeze 6 vers 4 tot de vaders gerichte vermaningen wenden, vinden we de ernstige opdracht, de kinderen “in de tucht en vermaning van de Heer” op te voeden. De kinderen van gelovige ouders nemen een bijzondere plaats in, want zij zijn principieel al gescheiden van het systeem van de wereld, waar satan regeert. Een gelovige vader zou zich van deze voorkeurspositie van zijn kinderen bewust moeten zijn en hen in de geest en in de tucht en vermaning van de Heer moeten opvoeden. De christelijke positie moet hem in de opvoeding van de kinderen leiden. Hij behandelt hen als kinderen, die hij voor de Heer opvoedt en hij voedt hen op, zoals de Heer Zelf hen zou opvoeden. We kunnen weliswaar onze kinderen niet geschikt maken voor de hemel of hen daarheen brengen, maar in het geloof kunnen we hen voor de hemel opvoeden, en God zal in genade Zijn zegen over een trouwe opvoeding schenken. Het door “tucht” vertaalde woord betekent in de oorspronkelijke tekst: “zorg, opleiding, tuchtiging”; het wijst ons in de richting van “voeden, optrekken, praktische discipline, vormen”. Al deze termen zijn in het woord terug te vinden, en daarmee worden de vaders (de moeders inbegrepen) aangespoord om hun kinderen de juiste voeding, onderwijs, opleiding en vermaning in de Heer te geven. Terwijl Efeze 6 vers 4 ten eerste vaders tegen overmatige hardheid en strengheid waarschuwt, stelt het tweede deel van het vers hun de verantwoordelijkheid voor ogen, om hun kinderen in de tucht, de ernstige vermaning en onderwijs van de Heer op te voeden. Daardoor wordt het andere uiterste verhinderd om de kinderen alles toe te staan en ze te laten doen wat ze willen. De vaders zijn verantwoordelijk hun kinderen in de wegen van de Heer op te voeden, hun harten met de waarde van het Woord van God bekend te maken en de tucht en de vermaningen van de Heer op hun gewetens te binden. Dit geldt ook om ervoor te zorgen dat zij de kinderen de wegen leren, die de Heer voor onze wandel beschreven heeft, en dat ze hen ook onderwijzen, zelfs als ze de geboden van de Heer en de ouders niet gehoorzamen.
Wat kinderen nodig hebben …
Het is goed de harten en geesten van de kinderen met de waarheden van Gods Woord te vullen! Het is altijd goed, zelfs onbekeerde kinderen in de Schriften te onderwijzen en hen een grondige kennis van het Woord van God mee te geven. Het is als het verzamelen van brandbaar materiaal, waar dan al een vonk genoeg is, om het vuur te ontsteken. “Opgevoed in de woorden van het geloof en van de goede leer, die je nauwkeurig hebt nagevolgd” (1 Tim. 4:6), kon Paulus aan de jonge Timotheüs schrijven. Van jongs af aan had hij de heilige Schriften gekend, die je wijs kunnen maken tot behoudenis door [het] geloof dat in Christus Jezus is (2 Tim. 3:15 ). Zijn vader was een Griek, en misschien niet gered. Maar zijn trouwe grootmoeder en moeder hadden hem de waarheden van de Heilige Schrift van jongs af geleerd. Moeders spelen in het onderwijs van de kleintjes in de Schriften een belangrijke rol. Maar we houden ons in deze paragraaf bezig met de verantwoordelijkheid van de vaders voor de gezonde geestelijke groei van hun kinderen.
De vaders in Israël werden tot dit doel ernstige en uitvoerige verordeningen gegeven (Deut. 6:6–9 en 11:18–21).
Deuteronomium 6:6–9: “Deze woorden, die ik u heden gebied, moeten in uw hart zijn. U moet ze uw kinderen inprenten en erover spreken, als u in uw huis zit en als u over de weg gaat, als u neerligt en als u opstaat. U moet ze als een teken op uw hand binden en ze moeten als een voorhoofdsband tussen uw ogen zijn. U moet ze op de deurposten van uw huis en op uw poorten schrijven”.
Dit is een mooi beeld van een huis dat de Heer dienen wil! De vader bewaart de woorden van God in zijn hart en heeft ze steeds voor ogen. Hij scherpt het zijn kinderen in en maakt het Woord tot onderwerp van gesprek in zijn huis, terwijl het tot openbaar getuigenis ook aan de “poorten” te vinden is. Als de kinderen het Woord van God waarderen, dan moet het eerst door de vader en de moeder worden gewaardeerd en een plaats in hun hart hebben, zodat de kinderen zien dat voor hun ouders de Bijbel gewoon belangrijk is. Het is ook goed om de kinderen naar de zondagsschool te sturen om iets uit de Bijbel te leren, maar dit ontslaat de ouders niet van hun verantwoordelijkheid om de kinderen thuis uit de Schrift te leren.
Geestelijke dingen staan op de eerste plaats
Sommige vaders en moeders laten zich door zakelijke en materiële dingen zo volledig in beslag nemen, dat ze weinig of geen tijd gebruiken voor het lezen van het Woord en erover na te denken tot hun eigen geestelijk voordeel en die van hun kinderen. Daardoor wordt bij hun kinderen de indruk gewekt, dat de materiële dingen voorrang moeten hebben en de geestelijke dingen geen al te grote waarde hebben. Is het dan een wonder dat deze kinderen opgroeien in wereldgelijkvormigheid en weinig geproefd hebben van het Woord van God? We kunnen door de materiële behoeften van onze kinderen en onze vooruitgang in de wereld zo volledig in beslag zijn genomen, dat we de veruit belangrijkste behoeften van de zielen van de kinderen vergeten en weinig of geen tijd hebben om met hen te praten over geestelijke dingen. Maar dit is geen kinderopvoeding in de “tucht en vermaning van de Heer”.
De kinderen in het Woord van God te onderrichten en hun geestelijke behoeften voor ogen te hebben, is een van de belangrijkste van alle taken van een vader, en toch is dit het punt waar hij vaak het meest niet in slaagt. Hoe triest! We moeten de tijd nemen om het Woord van God met onze kinderen te lezen, met hen te bidden, hen geestelijke toepassingen uit de omstandigheden van het dagelijks leven te laten zien. We moeten bereid zijn hen “het voedsel op de juiste tijd” te geven. Als het onze wens is dat zij gered worden en in de genade en kennis van onze Heer Jezus Christus opgroeien, moeten wij ons deel doen en hen vertrouwd maken met het Woord van God, waar u ook gaat: “U moet ze uw kinderen inprenten en erover spreken, als u in uw huis zit en als u over de weg gaat, als u neerligt en als u opstaat” (Deut. 6:7).
Het kan ook zijn dat een vader anderen vaak het Woord van God verkondigt en, zoals hij het noemt, in de “dienst van Christus” ijverig bezig is, maar ook zijn eerste plicht verwaarloost om zijn vrouw en kinderen vertrouwd te maken met het Woord van God. De dienst van de Heer begint thuis in het gezin. We moeten oppassen dat we niet de bewakers van vreemde wijngaarden willen zijn, en daarbij het hoeden van onze eigen wijngaard verwaarlozen (Hoogl. 1:6).
De aandacht voor het gezin
Iedere vader, die bewust Christen is, moet een “gezinsaltaar” in zijn huis en voor zijn gezin en andere medebewoners inrichten, en dagelijks tot het lezen van de Bijbel en tot gebed bijeenkomen, indien mogelijk ook tot het zingen van christelijke liederen. Het is de verantwoordelijkheid van de vader als priester in zijn huis. Als de vader afwezig is, dan moet de moeder de dienst overnemen. Vaders, verwaarloos niet de zo belangrijke familie-aanbidding; laat u door niets daarvan afhouden! U kunt uw kinderen voor de Heer niet opvoeden zonder een gezinsaltaar. Het is niet genoeg dat u alleen bidt en de Bijbel leest en de kinderen voor zichzelf hetzelfde doen. U moet het Woord met uw gezin samen lezen en met hen samen bidden. Dat de kinderen u in uw gebed zien en uw stem horen en uw smeekbede voor hen voor God horen, zodat ze weten wat de wens van uw hart is voor hen! “De herinnering aan het gebed van de vader is een vast anker voor menig aangevochten kind”, heeft iemand terecht geschreven.
Ga samen op de knieën en vraag om de zegen van de Heer voor uw gezin, zowel als ook voor elk gezinslid, en dank Hem voor de zegeningen en goedheid die u in uw gezin beleven mag. In Jeremia 10 vers 25 vinden we een opmerkelijk Bijbelwoord, dat bewijst dat God niet alleen van individuen verwacht, maar ook van gezinnen dat ze Zijn naam aanroepen. De profeet zegt: “Stort Uw grimmigheid uit over de heidenvolken, die U niet kennen, over de gezinnen {Engelse vertaling – KJ21} die Uw naam niet aanroepen” (Jer. 10:25a). Geliefde trouwe vader, spreekt dit woord ook ernstig tot u? Roept u met uw familie samen de naam van de Heer aan? Een oude broeder zei: “Een gezin zonder gebed is als een huis zonder dak, weerloos aan stormen overgegeven”. En “Het gezinsgebed sluit ’s nachts de deur af tegen alle gevaren, en opent het ’s morgens om de barmhartigheid van de Heer binnen te laten”.
Een gevangenis-kapelaan zei eens: “Wat zich het moeilijkst uit het geheugen van een lichtzinnig, gevallen zoon uit laat wissen, is het gebed, de bijbelverzen en de liederen die hij vroeger in het ouderlijk huis geleerd heeft”.
Een “verloren zoon” terugwinnen
Een vader had een koppig, moeilijk te hanteren zoon, die zelfs een gevaar voor het leven van de gezinsleden werd. Nadat alle pogingen om, door liefde, beloningen, straffen en dwang zijn geest te veranderen hadden gefaald, besloot de vader om zijn zoon naar een tuchtschool te sturen. Hij zocht het schoolhoofd op, een vriendelijke christen, en klaagde hem zijn nood. Deze was bereid om de jongen op te nemen maar hij wilde, voordat een definitief besluit genomen werd, nog een vraag te stellen.
“U zegt dat u alle mogelijkheden hebt uitgeprobeerd”, zei hij, “en geen manier zou succes hebben gebracht. Nu zou ik graag willen weten of u de poging hebt gedaan om samen met hem te bidden!”
“Neen”, antwoordde de vader verbaasd, “daaraan heb ik nog niet gedacht!”
“Nu, dan moet u naar huis gaan”, zei de directeur, “en met hem bidden. Mijn ervaring is, dat ik hem niet bij mij kan opnemen, of enige actie in de kwestie ondernemen kan, voordat de kracht van het gebed thuis , en wel in zijn aanwezigheid, beproefd is”.
De vader zei toen dat hij niet voor zijn gezin kon bidden en niet de moed op kon brengen voor het oprichten van een gezinsaltaar. De schooldirecteur adviseerde hem naar huis te gaan en om 9 uur in de avond zijn gezin te verzamelen om hen een hoofdstuk uit de Bijbel voor te lezen en met hen te bidden. Hij beloofde dat hijzelf en zijn vrouw op hetzelfde uur voor hen allen, en bijzonder voor Lane, de opstandige zoon, bidden zou.
Na zijn terugkeer vertelde de vader zijn vrouw alles wat het schoolhoofd had gezegd. Ze antwoordde dat zij al lange tijd de indruk had, dat zij in dit opzicht hun plicht uit de weg waren gegaan. Zij drong er bij haar man op aan niet langer te aarzelen, maar op dezelfde avond met het gezinsaltaar te beginnen; ze beloofde om voor alles wat nodig was, te zorgen.
Na het avondeten stelde de moeder de kinderen voor om geroosterde maïsbolletjes te maken en gaf Lane de leiding. Dit was een zeer populair tijdverdrijf van de jongen; de moeder wilde op deze manier bereiken dat hij niet, zoals gewoonlijk, er tussen uit zou piepen. Vervolgens droeg de moeder de kinderen op zich te wassen en om 9 uur in de woonkamer te zijn voor een speciale verrassing.
Een grote gezinsbijbel werd gebracht en op tafel gelegd. De vader kon zijn beven niet verbergen. Hij vertelde zijn gezin dat hij er bedroefd over was, dat hij zijn plicht tot het geestelijk welzijn van zijn kinderen schandelijk verwaarloosd had. Daarna zei hij, dat vanavond er een nieuw begin zou worden gemaakt, en hij wilde zien of ze de volgende dag niet allemaal vrolijker en gelukkiger zijn zouden. Toen las hij een hoofdstuk uit de Bijbel, en knielde neer om te bidden.
Zijn vrouw en kinderen knielden met hem neer, met uitzondering van Lane. Deze zat daar overeind met een donker, bleek gezicht met een onrustige uitdrukking. Af en toe keek hij naar de deur, alsof hij zich afvroeg hoe hij het snelste kon ontsnappen. De arme vader vond in eerste instantie geen woorden om zijn gedachten en gevoelens te uiten. Toen herinnerde hij zich het schoolhoofd en zijn vrouw, die op hetzelfde uur in gebed voor hen waren, en zijn stamelende tong kwam los tot een vurig gebed. Tot slot pleitte hij in tedere en aangrijpende wijze voor Lane, zijn dwalende zoon, en dat toch al hun eigen wil zich schikken zou onder het zachte juk van Christus. Toen stond Lane op van zijn stoel, ging naar zijn vader en knielde naast hem neer, sloeg zijn armen om zijn hals en snikte: “Bid verder, vader, bid verder! Ik heb geprobeerd om God te vragen om mijn boze hart schoon te maken, maar ik kan Hem niet alleen bereiken. Maar ik weet dat Hij mij nu horen zal, wanneer u bereid bent om met mij te bidden!”
Het hele gezin stond van zijn knieën op, ontroerd en met tranen overstroomde gezichten. De twee oudste dochters vertelden vader dat ze samen al gebeden hadden, maar dit was het gelukkigste uur in hun leven. Lane was geheel veranderd. Hij gaf zijn vader het geladen pistool waarmee hij de familie op dezelfde dag in doodsangst had gebracht, en zei dat hij zijn daden had ingezien en hen geen verdere problemen zou geven. “Vergeef, o vergeef me, mijn vader, mijn moeder, mijn broeders en zusters”, riep hij, “zoals ik vertrouw op de vergeving van Jezus Christus!” Wat een indrukwekkend getuigenis van de werkzaamheid en de veranderende kracht van het gezinsgebed! Moge dit waar gebeurde verhaal elke vader tot zegen zijn!
Geplaatst in: Gezin
© Frisse Wateren, FW