“… terwijl u te allen tijde bidt in [de] Geest met alle gebed en smeking, en daartoe waakt met alle volharding en smeking voor alle heiligen” (Ef. 6:18)
Geestelijke strijd (deel negentien)
Gebed wordt vaak het geheime wapen in de geestelijke strijd genoemd. Paulus heeft al gebeden om verlichting en openbaring voor deze gelovigen in Efeze (Ef. 1:15-23). In hoofdstuk drie bidt hij voor hun versterking en verwerkelijking om de liefde van God voor hen te waarderen. Hier verbindt Paulus gebed met het voeren van de geestelijke strijd met de vijand.
Paulus gebruikt hier twee verschillende woorden om het gebed te beschrijven. Eerst gebruikt hij het woord “proseuche” dat verwijst naar gebed in het algemeen, dan gebruikt hij het woord “deesis”, dat de gedachte heeft van smeekbede of specifiek gebed. Paulus probeert te benadrukken dat wij, als een soldaat die elke dag het slagveld betreedt, in contact moeten staan met het hoofdkwartier! Dit is niet alleen om onze marsorders voor die dag te krijgen, maar ook om ervoor te zorgen, dat de aanvoerlijnen open blijven.
Paulus heeft het over “te allen tijde bidden,” dit is anders dan wat hij schrijft in 1 Thessalonicenzen 5 vers 17, “bidt onophoudelijk.” Daar bedoelt hij altijd in een houding van afhankelijkheid te zijn. Maar hier in Efeze herinnert Paulus ons eraan, dat we op heel specifieke tijden moeten bidden voor de geestelijke strijd die we voeren. Merk ook op, dat Paulus “met alle gebed,” dat wil zeggen met verschillende soorten gebed. Uit 1 Timotheüs 2 vers 1 weten we dat er smekingen zijn, dat is smeken of bedelen; er is gebed, dat is mededelen (communiceren); en dan voorbiddingen, die specifiek zijn ten behoeve van een ander; en er zijn gebeden van dankzegging.
Paulus gebruikt de uitdrukking “in de Geest.” Hoe ziet “bidden in de Geest” eruit. Judas gebruikt deze uitdrukking ook in vers 20. Net zoals we het zwaard van de Geest moeten gebruiken in deze geestelijke strijd, moeten we bidden in de Geest. Dit is om te herkennen, dat de strijd niet van ons is, de strijd behoort aan de Heer. Het is om te herkennen, dat “onze strijd is niet tegen bloed en vlees, maar tegen de overheden, tegen de machten, tegen de wereldbeheersers van deze duisternis, tegen de geestelijke [machten] van de boosheid in de hemelse gewesten.” Omdat we in een geestelijke strijd zijn, is de meest krachtige handeling die u en ik kunnen doen, op de knieën gaan in gebed!
Tim Hadley Sr.
Geplaatst in: Christendom
© Frisse Wateren, FW