Dit huis
De HEER zegt tot het overblijfsel door de profeet Haggai: “Wie is er onder u overgebleven, die dit huis gezien heeft in zijn eerste heerlijkheid? En hoe ziet u het nu? Is het als niets in uw ogen?” (Haggaï 2:4).
Er waren nog enkelen die de tempel van Salomo hadden gekend, die veel heerlijker en groter was dan de tempel die herbouwd was na de terugkeer uit de gevangenschap. Zij die de vroegere heerlijkheid hadden gekend en nu een vergelijking maakten, waren bedroefd en toch was er tegelijkertijd vreugde, dat het huis van God was herbouwd. Is het niet interessant dat God alleen “dit huis” zegt? Er was toen en er is nu maar één huis van God op deze aarde.
De gemeente in de begintijd van het christendom werd zeker gekenmerkt door een grotere kracht en trouw in haar uiterlijke presentatie. De eenheid van het volk van God was duidelijk zichtbaar. Helaas is dat vandaag niet meer het geval. En toch blijft het “dit huis.” Wij zijn niet geroepen om iets nieuws op te bouwen, maar om samen te komen op het fundament dat God in het begin heeft gegeven. Ook al wordt er veel falen en zwakheid gevonden in het midden van de gelovigen, het verandert niets aan het feit dat God slechts één huis van God kent op deze aarde, bestaande uit alle ware gelovigen wereldwijd. Gods gedachten over Zijn huis en over samenkomen veranderen niet. Als we hieraan vasthouden en zo het huis van God bouwen, hebben we dezelfde hulpbronnen (Hemzelf, Zijn Woord, Zijn Geest) als in het begin.
Een paar verzen verder lezen we: “… en ik zal dit huis vullen met heerlijkheid, zegt de HEERE van de legermachten … De heerlijkheid van dit toekomstige huis zal groter zijn dan die van het eerste, zegt de HEERE van de legermachten” (Haggaï 2:8,10).
Nu spreekt God over de tempel die er zal zijn in het 1000-jarig rijk wanneer Christus in macht en heerlijkheid op deze aarde regeert. En weer zegt hij “dit huis.” In het begin was de heerlijkheid zo groot, dat de priesters niet in staat waren de dienst te verrichten vanwege de heerlijkheid van de wolk. De heerlijkheid van de Heer vulde het huis. In de toekomst zal dit nog omvangrijker zijn.
Wat betekent dit voor ons? Ondanks ons falen, houdt God niet op te wonen in Zijn huis, in de gemeente. En als we vooruit kijken, wanneer God al Zijn gedachten tot een triomfantelijk einde brengt. Dan zal Hij “de gemeente voor Zich stellen, zonder vlek of rimpel of iets dergelijks, maar opdat zij heilig en onberispelijk zou zijn.” (Ef 5:27) en “… hij toonde mij de heilige stad, Jeruzalem, die uit de hemel neerdaalde van God en de heerlijkheid van God had”. (Openb. 21:10). Beide passages spreken over de gemeente van God in de toekomst. Dan zullen de grootheid en de schoonheid van God, al Zijn glorierijke eigenschappen volmaakt door haar getoond worden.
Moge dit ons ook bemoedigen. Er komt een tijd waarin alles wat de gelovigen verdeelt, zal worden weggenomen, waarin de eenheid werkelijk zichtbaar zal worden. Daar kunnen we naar uitkijken.
Slot.
Dirk Mütze; © www.bibelstudium.de
Online in het Duits sinds 22.12.2021
Geplaatst in: Christendom, Toekomst
© Frisse Wateren, FW