Leestijd: 4 minuten
Er is geen land ter wereld, dat al duizenden jaren de aandacht van mensen meer trekt dan het land Israël. Er is nooit een stad geweest waarvan de geschiedenis indrukwekkender is dan die van Jeruzalem. En nooit werd een volk zo veracht als de Joden.
God koos dit volk duizenden jaren geleden om hen te verlossen en Zijn naam onder hen te laten wonen. Maar ze werden ontrouw en vielen in zonde. Daarom zond God profeten wiens “stemmen” zijn opgeschreven in Gods Woord en vandaag de dag nog steeds “gehoord” kunnen worden.
In een serie zullen we de 12 “kleine profeten” bekijken om hun boodschap te begrijpen en toe te passen op onze tijd. Daarbij zullen we ontdekken dat profetie een centrum heeft dat rond één Persoon draait: Christus!
Inleiding tot de profetie (1)
God zendt profeten – beweegreden en oorzaak
God had Israël een speciale plaats in de geschiedenis gegeven. Niet dat het machtiger of groter was dan andere naties. Integendeel. Het was het minste van alle volken. God zelf had gezegd: “Niet omdat u groter was dan al de andere volken heeft de HEERE liefde voor u opgevat en u uitgekozen, want u was het kleinste van al de volken. Maar vanwege de liefde van de HEERE voor u, en om de eed die Hij uw vaderen gezworen had …” (Deut. 7:7,8).
God had Israël uitverkoren en hen uit de slavernij in Egypte verlost. Hun bestemming was Kanaän. Hij leidde hen daarheen nadat Hij hen veertig jaar door de woestijn had laten zwerven vanwege hun ontrouw. In het land Kanaän verviel de meerderheid van het volk echter steeds meer tot afgoderij. Ze dienden vreemde goden. In plaats van hun vijanden en hun afgoden volledig te vernietigen, sloten ze zich bij hen aan. Vanwege hun zondige gedrag had God onmiddellijk een oordeel over hen kunnen uitspreken. Maar God had dit volk lief: “Met eeuwige liefde heb Ik u liefgehad, daarom heb Ik u getrokken met goedertierenheid” (Jer. 31:3; vgl. Mal. 1:2; Jes. 43:4).
In Zijn liefde zond God profeten die de morele toestand van het volk Israël onthulden en hen de weg naar bekering toonden. Zijn bedoeling was om het volk terug te brengen naar Zijn liefdevolle hart.
Op grond hiervan was de reden waarom God profeten stuurde vanwege Zijn liefde, terwijl de slechte toestand van Israël en hun falen in afgoderij de oorzaak was van de opwekking van profeten.
De inhoud van de profetie
De profetie van de Bijbel bevat het toekomstplan van God met de aarde. Daarin vertelt Hij ons welke gebeurtenissen in de toekomst zullen plaatsvinden:
- Israël neemt een bijzondere plaats in in de profetie. God had dit volk uitverkoren en verlost om onder hen te wonen (Ex. 25:8). Maar zij vielen in zonde en leefden in afgoderij. Omdat ze na herhaalde oproepen van de profeten niet bereid waren om berouw te tonen en zich tot God te bekeren, verbrak Hij de relatie met Israël. Met het begin van de tijden der volken was Israël niet langer een getuige voor Hem op aarde. Hun toestand kwam overeen met “Lo-Ammi,” wat vertaald “niet mijn volk” betekent (Hos. 1:9). Maar deze toestand zal in de toekomst veranderen. Wanneer de volheid van de volken is bereikt en de genadetijd ten einde is, zal een overblijfsel van Israël door Gods genade weer in relatie met Hem worden gebracht en het Duizendjarig Rijk binnengaan (Rom. 11:25; Hos. 1:10). Voordat het zover is, zullen ze door zware beproevingen gaan (Dan. 12:1; Matth. 24:21,22). Met het herstel van Israël en hun intocht in het koninkrijk zal God al Zijn beloften aan Israël vervullen.
- Naast Israël handelt profetie ook over de volken. Hun toekomstige wegen worden ook aan ons meegedeeld, mits ze een verbinding met Israël hebben. Dit geldt vooral voor de buurvolken van Israël, maar ook voor het toekomstige verenigde Europa, waarvan de heerser een verdrag zal sluiten met de antichrist en daardoor ook in contact zal komen met Israël. De profetie maakt ook duidelijk dat mensen uit de volken ook het Duizendjarig Rijk zullen binnengaan, op voorwaarde dat ze het evangelie van genade niet hebben gehoord en het evangelie van het koninkrijk niet hebben aangenomen.
- Het kernonderwerp en centrum van de profetie is echter Christus (vgl. Openb. 19:10). Door Hem zal God al Zijn plannen voor de aarde vervullen en tot voltooiing brengen. Als de Messias zal Hij koning zijn over Israël en, als de Zoon des mensen, heerser over het hele universum, zowel in de hemel als op aarde (vgl. Ps. 2:8). God zal de hele schepping in Zijn handen leggen.
Hij zal de openbare positie innemen bij Zijn verschijning in macht en grote heerlijkheid wanneer Hij komt om Zijn koninkrijk te vestigen. Hij zal dan duizend jaar regeren in volmaaktheid, vrede en gerechtigheid. Uiteindelijk zal Zijn regering van zegen en heerschappij echter tot in de eeuwigheid voortduren (Openb. 22:5).
- Bovendien deelt God door middel van profetie mee over de toekomst van Zijn schepping. De profeet Jesaja beschrijft hoe God aan het begin van het Duizendjarig Rijk opnieuw in de schepping zal ingrijpen en deze grotendeels weer in harmonie met Zichzelf zal brengen. Het is het herstel van alle dingen waarover we lezen in de Handelingen van de Apostelen (Jes. 11:6-8; 41:18-20; 65:25; vgl. Hand. 3:21; Kol. 1:20). We weten ook uit het Nieuwe Testament dat er na het Duizendjarig Rijk een nieuwe hemel en een nieuwe aarde zullen zijn, waarop de zonde en haar gevolgen volledig zullen zijn weggenomen (2 Petr. 3:13; Openb. 21:1,4).
© www.bibelpraxis.de; Manuel Walter
Laatste verandering: 31.01.2024
Geplaatst in: Christendom
© Frisse Wateren, FW