Bijbelgedeelten: Psalm 16 vers 8-11; Jeremia 15 vers 16; Matthäus 13 vers 44; Lukas 15 vers 4-5; Hooglied 3 vers 11.
Hebt u ook niet het verlangen om de Heer Jezus steeds beter te leren kennen? Veel daden en woorden zijn u zeker bekend. Maar de Bijbel zwijgt niet over de innerlijke gevoelens van de Heer Jezus. Je hebt misschien vaak gedacht aan het verdriet en de diepe pijn die Hij voelde, vooral op weg naar het kruis, maar misschien minder aan Zijn vreugde. Dit artikel is bedoeld om u aan te moedigen dit vreugdevolle onderwerp te bestuderen.
Mensen van Zijn schepping
We vinden verschillende passages in de Bijbel die spreken over de blijdschap van God en Zijn Zoon. Wanneer wij deze passages lezen, stellen wij tot onze verbazing vast, dat Zijn vreugde inderdaad dikwijls nauw verbonden is met ons, de Zijnen, maar ook met de mensen in het algemeen. Vanaf het allereerste begin van de schepping was Zijn blijdschap met de mensen. Wij vinden dit in Spreuken 8 vers 31: “Mijn bron van blijdschap vond Ik bij de mensenkinderen”. En Spreuken 8 vers 22-31 kunnen we opvatten als een profetisch woord over de Heer Jezus, de Zoon van God. Hij voelde blijdschap in het hebben van voorwerpen voor Zijn oneindige liefde, schepselen aan wie Hij Zijn gedachten kon meedelen. Helaas gaven deze Hem lange tijd geen reden tot vreugde.
Zelfs toen de Heer Jezus op aarde kwam, zag Hij Zich geconfronteerd met een droevige aanblik. Zijn schepselen hadden zich van Hem afgekeerd. Was er nu helemaal geen blijdschap meer voor de Zoon van God Die Mens geworden was? Ja, de bron van Zijn blijdschap toen Hij op aarde was, lag vooral in Zijn gemeenschap met Zijn Vader.
… in de gemeenschap met Zijn Vader
Het hart van de Heer verblijdde zich en Zijn ziel was verblijd omdat Hij altijd Zijn God voor Zich stelde en omdat Zijn God aan Zijn rechterhand was. Hij vond volheid van blijdschap in de tegenwoordigheid van God (Ps. 16:8,9,11). Het Woord van God en Zijn gedachten waren Zijn vreugde en de vreugde van Zijn hart (Jer. 15:16). Het was Zijn bijzondere blijdschap om de gemeenschap met Zijn Vader te genieten en Hem te dienen. Daaruit putte Hij de kracht om de lijdensweg te gaan die Zijn Vader Hem liet gaan.
Ook hier kunnen we een verwijzing naar ons maken. Want juist deze blijdschap, die Hij voelde omdat Hij de geboden van Zijn Vader hield en mocht genieten van Zijn liefde, moet in ons zijn. En onze blijdschap zal volledig worden wanneer wij Zijn geboden onderhouden, in Zijn liefde blijven en dan genieten van de gemeenschap met de Zoon en de Vader (Joh. 15:10,11; 1 Joh. 1:3). Als wij goede dienaren blijken te zijn en trouwe rentmeesters van de talenten die ons zijn toevertrouwd, zullen wij in Zijn vreugde binnengaan (Matth. 25:21,23). De Heer verenigt zich in Zijn blijdschap met Zijn trouwe dienaren die, zoals Hij, God de Vader hebben gediend in hun leven. En toch, zelfs hierin zal Hij de overhand hebben, want Hij heeft altijd gedaan wat de Vader behaagt (Joh. 8:29), waarop niemand van ons aanspraak kan maken. Over de Heer Jezus staat in Psalm 45 vers 8: “U hebt gerechtigheid lief en haat goddeloosheid; daarom heeft Uw God U gezalfd, o God, met vreugdeolie boven uw metgezellen.”
… over de schat in de akker
Nu komt er iets wonderbaarlijks: ook wij zijn het voorwerp van Zijn blijdschap. Toen Hij op aarde kwam, vond Hij een akker die, om zo te zeggen, van Hem gestolen was. Iemand anders had er bezit van genomen. Maar in deze akker lag een schat verborgen. En toen Hij deze verborgen schat vond, waartoe u en ik en allen die in Hem geloven mogen behoren, vervulde blijdschap Zijn hart. Onvoorstelbaar voor ons, dat Hij zo’n blijdschap kan hebben over armzalige en zondige mensen als u en ik. Hij verkocht zelfs alles wat Hij had om de schat te bezitten die in de akker verborgen was (Matth. 13:44). Weten wij wat dat betekent? Hij moest aan het kruis lijden – sterven (Hebr. 12:2) om deze akker te verwerven. Dat was de koopsom van het veld. Wat vond de Heer eigenlijk in mij, dat Hij deze prijs betaalde?
… over het verloren schaap
Maar dat was niet genoeg. Ook al was de koopsom voor mensen die verloren waren al betaald, toch kwamen deze verloren schapen niet alleen bij God terug. Jezus moest achter elk verloren schaap aan, totdat Hij het vond. Maar “als Hij het vindt, legt Hij het blij op Zijn schouders” (Luk. 15:4,5). Er is blijdschap in de hemel over een zondaar die zich bekeert, maar er is bijzondere blijdschap over de goede Herder Zelf Die Zijn eigen leven gaf voor het verloren en op eigenwillige wegen verdwaalde schaap.
… over Zijn herstelde volk Israël
Er zal in de toekomst nog een bijzondere “dag van blijdschap van Zijn hart” zijn (Hoogl. 3:11), wanneer ook Zijn aardse volk Hem zal erkennen als de Messias en de rechtmatige Heerser. Dat zal een bijzonder moment zijn voor de Heer Jezus, wanneer zij op Hem zullen zien, Die zij hebben doorstoken en Hem zullen vragen: “Wat betekenen deze wonden aan Uw handen?” Dan zal Hij antwoorden: “Dat Ik geslagen ben in het huis van hen die Mij liefhebben” (Zach. 12:10; 13:6). De mensen die Hem toen doorboorden zullen Hem dan liefhebben. Wat een blijdschap voor de Heer! Hij zal zich verheugen over Jeruzalem en Zich met blijdschap verheugen over Zijn volk; Hij zal zwijgen in Zijn liefde (Jes. 65:19; Jer. 32:41; Zef. 3:17).
Hoe wonderbaar: de Zijnen zijn het voorwerp van Zijn blijdschap. Wat is het voorwerp van onze vreugde? Kennen wij ook een vreugde die met Zijn Persoon verbonden is? Johannes de Doper kende iets van deze blijdschap die hij voelde toen hij de stem van de Heiland hoorde (Luk. 1:44; Joh. 3:29). En de discipelen verblijdden zich toen zij de Heer zagen (Joh. 20:20). Hij verheugt Zich in ons, laten wij ons in Hem verheugen!
Marco Leßmann; www.bibelstudium.de
Online in het Duits sinds 20.11.2011.
Geplaatst in: Christendom
© Frisse Wateren, FW