Darby in de krant
Sommigen zullen zich herinneren ooit eens een artikel of een boek van John Nelson Darby gezien te hebben. “Tamelijk zwaar te lezen”, zegt de ene. “Te theoretisch”, zeggen anderen. Weer anderen zijn er verrukt over.
Darby in de krant
Merkwaardig toch dat plotseling zo veel mensen over hem spreken en schrijven. Het Franse dagblad “Le Monde” berichtte van hem, en de “Business Week” en de “Time Magazine” is ook geen onbekende. Ook in de Duitse media dook hij op. De een noemt hem een Anglikaanse ketter uit de 19e eeuw, anderen noemen hem de stamvader van het fundamentalisme. Sommige aanduidingen zijn zo erg dat ik ze hier helemaal niet weer zou willen geven. Nu en dan houdt men hem zelfs verantwoordelijk voor de Irak-oorlog. Men zegt, dat hij een enorme invloed op George Bush heeft, op miljoenen Amerikanen en op de wereldgeschiedenis. Hoe komt men daarbij?
John Nelson Darby (1800-1882) bracht zijn leven daarmee door, de Bijbel te bestuderen en haar leer te verbreiden. In zijn tijd vonden er conferenties plaats om de Bijbelse leer te onderzoeken. Velen wijdden zich ijverig aan de studie. Onder gebed en in afhankelijkheid van de Heer werd naar kennis van de bijbelse waarheid gevorst, en God antwoordde. Zo gebeurde het dat een reeks bijbelse waarheden weer ontdekt werden. Daartoe behoorden in het bijzonder, dat:
- De Bijbel als het Woord van God ook toekomstige gebeurtenissen concreet voorspelt, die na de opname van de gemeente vervuld zullen worden;
- de Oudtestamentische profetieën over Israel precies werkelijk en letterlijk op Israël slaan, en bepaald niet vergeestelijkt en op de vergadering (gemeente, kerk) toegepast kunnen worden;
- Israël aardse zegeningen bezat en bezitten zal, terwijl de gemeente hemelse zegeningen en een hemelse roeping heeft;
- de Heer Jezus zal weerkomen om de gelovigen tot Zich te nemen (opname), en wel vóór de grote oordeelstijden (tijd van de verdrukking);
- God in bepaalde tijdsperioden mensen op verschillende wijze “behandelt” en zegent (bijvoorbeeld de tijd van Israël in het Oude Testament in tegenstelling tot de huidige tijd van de gemeente). Deze tijdsperioden worden in bijbelcommentaren vaak “bedelingen” genoemd (Engels “dispensations”).
De gedachte dat men met deze tijdsperioden rekening moet houden om de Bijbel goed te verstaan, was van grote betekenis voor het begrip van de profetie en ook van de gemeente. Later heeft men de leer van de Schrift, die in het bijzonder door Darby naar voren gebracht waren, nogal onnauwkeurig onder het begrip “bedelingenleer” samengevat. Dit “leergoed” is in het bijzonder in Amerika onder evangelische kringen wijd verbreid – niet in het minst door de bekende Scofield-Bijbel. Boeken die (meer of minder geslaagd) geprobeerd hebben deze waarheden populair te maken, zijn verschenen en in miljoenenoplagen gedrukt en verspreid. Zelfs aan films heeft het niet ontbroken.
Nu, wat heeft dat allemaal met de huidige situatie in het Midden-Oosten te maken? Waarom bekommeren zich plotseling grote kranten daarom? En: Is dat goed nieuws?
Is dat een goed bericht?
Om met de laatste vraag te beginnen: Een goed bericht is dat voor een bijbelgetrouwe Christen vermoedelijk niet. Het gaat veel meer om een aanval op hen en hun geloof. Deze aanval grondt zich op de volgende “bewijsketen”:
Darby heeft geleerd, zo zegt men (correct), dat men de Bijbel letterlijk moet nemen en dat deze toekomstige gebeurtenissen voorspelt, in het bijzonder dat de joden als volk naar Israël terug zouden keren (de staat Israël bestaat immers weer sinds 1948, Darby heeft dat niet meer beleefd). Wanneer de Heer Jezus in macht op aarde komen zal, zal ook de slag van Harmagedon (of Armagédon, Openbaring 16:16 en 19:11-21) plaatsvinden (waarschijnlijk in de omgeving van Haifa).
Daarbovenuit, zo zegt men (nog steeds correct), heeft Darby geleerd dat de gelovigen minstens zeven jaar voor deze slag (respectievelijk de verschijning van de Heer in macht) weggerukt worden en daarom niet door de verdrukkingstijd (juist deze zeven jaar waarin er verschrikkelijke catastrofen zullen zijn) hoeven te gaan.
Maar dan beweert men (en nu gaat het verkeerd) dat bijbelgetrouwe Christenen – in het bijzonder diegenen die de leer van Darby als bijbels gefundeerd aanzien – daarom proberen de slag van Harmagedeon te bespoedigen, of zelfs door middel van een oorlog in het Midden-Oosten te veroorzaken. En dat is dan het aangrijpingspunt voor een strijd tegen alles wat bijbelgetrouw is.
Een gelovige die ook maar een beetje weet wat Darby werkelijk geleerd heeft, en vooral wat de Bijbel zegt, moet dat absurd voorkomen. De Heer Jezus heeft toch duidelijk gezegd dat de Vader deze tijden “in Zijn eigen macht heeft gesteld” (Handelingen 1:7). Alsof wij het komen van de Heer ter wegrukking (opname) zouden kunnen bespoedigen door een oorlog te ondersteunen!
Is de aanval geheel ongegrond?
Helaas zijn deze aanvallen echter niet geheel ongegrond. Inderdaad hebben Christenen van verschillende groeperingen er zich steeds weer voor ingezet, Israël en de vestiging van joden in het territorium van het bijbelse Israël te ondersteunen, ten dele door giften, ten dele door samenwerking met conservatieve joden. Daaruit is een sterke beweging (Christelijk Zionisme) ontstaan.
Zulke initiatieven zullen goed bedoeld zijn. Toch zien we hoe gemakkelijk zij contra-productief kunnen worden, dat betekent het tegendeel bereiken van dat, wat zij willen. En zij leveren de tegenstanders van de gelovige Christenenmunitie . Dezen zeggen namelijk nu (helaas terecht), dat Christenen proberen de profetieën een handje te helpen. Ten eerste daardoor, dat zij toentertijd zich voor een vestiging van de staat inzetten en verder daardoor, dat zij een Armagedon tevoorschijn willen roepen.
En precies dat heeft Darby nooit geleerd. Ten eerste heeft hij vastgehouden dat Christenen een hemelse roeping hebben en zich niet met aardse dingen, in het bijzonder politiek, moeten bemoeien. Ten tweede heeft hij steeds weer benadrukt dat de gelovigen (toen al in Thessalonika, vergelijk 1 Thessalonika 1:10) direct en altijd op hun Heer wachten. Maar dat vergeten ongelovige journalisten gemakkelijk – ingeval zij het eigenlijk wel weten. Men veronderstelt dat een Harmagedon voor de gelovigen goed uit zou komen, want zij geloven immers dat zij niet daarbij zullen zijn. En dan zal hun Jezus Zijn heerschappij aanvarden – hoe eerder dat aanbreekt, des te eerder zullen zij naar de hemel getransporteerd worden. Zo, of op dergelijke wijze, drukken reporters, theologen en politici het uit.
Daarmee hebben de tegenstanders van de Bijbel een heleboel springstof. Plotseling zijn de Christenen gevaarlijk, niet die zich zó alleen maar noemen, maar diegenen die geloven dat de Bijbel geïnspireerd is en ook dat vinden, wat zij zegt. Zo argumenteert men.
Wat steekt daar achter?
Consequent Christen-zijn roept altijd protest op. En dan is voor de tegenstanders – aangevoerd door satan zelf – iedere aanleiding gerechtvaardigd, om deze overtuigingen in discrediet te brengen. Zo meent men ook vaandag, in het gedeeltelijk inconsequente of verkeerd begrepen optreden van menig Christen een grond gevonden te hebben, om weer eens tegen de autoriteit van de Bijbel in te kunnen gaan. Hinderlijk was dit immers al lang. Waarom eigenlijk? Nu, er is een hele rij bijbelse feiten die de mens niet waar hebben wil:
- De verdorvenheid van de mens (dat is immers het centrale punt bij de bedelingen, dat het steeds weer mis gaat en met oordeel eindigt);
- het komende oordeel van God;- de autoriteit van de Bijbel;
- de gedachte van het verlossingswerk (op grond waarvan enigen van het oordeel verschoond blijven en opgenomen worden).
Ten diepste is dat, wat deze aanval motiveert, natuurlijk de haat tegen Christus zelf.
Wat te doen?
Hoe moeten wij op zulke en soortgelijke aanvallen van de publiciteit reageren? Een mogelijkheid (en we moeten er rekening mee houden dat menig Christen dat doen zal) is, dat we beginnen te relativeren. Zodra we de Bijbel aan de wetenschap en de filosofie onderwerpen, zal men ons met rust laten. Voor hen die de Heer trouw wil zijn, is dat geen optie. Aan de andere kant kan men overbezorgd zijn of ook tot de tegenaanval overgaan. Doch daartoe roept de Schrift ons ook niet op. Hier een paar voorstellen, hoe we kunnen en moeten reageren:
- We bezinnen ons er opnieuw op dat de Bijbel woordelijk geïnspireerd en het onfeilbare Woord van God is, welker beloften vervuld zullen worden;
- we mengen ons niet in die dingen maar we kunnen het wel gadeslaan, en wel in de zekerheid dat de Heer terugkomt. Daarbij weten we dat dan aan de tegenstand (die volstrekt ook bij ons toe kan nemen) een plotseling einde gemaakt zal worden;
- we herinneren ons dat deze gebeurtenissen (verdrukking, Harmagedon, enzovoorts) zeker zullen aanvangen, maar pas ná de opname. Vervolgens verwachten we niet dat profetieën, die duidelijk betrekking hebben op de tijd na de opname, nu al in vervulling gaan1;
- we doen niet alsof we tijdstippen uit kunnen rekenen, die in de Schrift bewust niet “vastgesteld” worden;
- bij aktuele gelegenheden mogen we rustig eens J.N. Darby erbij nemen en onderzoeken, wat hij werkelijk gezegd heeft. Wie met een klein en helemaal niet zo moeilijk te verstaan geschrift beginnen wil, kan de brochure bestellen: “Was die Schrift mir sagt” [dit wanneer u Duits kunt lezen]. Hier een kleine leesproef: “De Schrift zegt mij: * dat zij (de gelovigen) bekeerd zijn, om de Zoon van God uit de hemel te verwachten …* dat Christus zal terugkomen om ons tot Zich te nemen …* dat God een dag bepaald heeft, waarop Hij dit aardrijk in gerechtigheid zal oordelen door een man, die Hij daartoe bestemd heeft”. Helemaal niet zo moeilijk te begrijpen toch …?
- laten we onszelf ook eens de vraag stellen, of we bereid zijn nadelen te verdragen, wanneer de waarheid van het Woord van God verder wordt aangevallen;
- Concentreren we ons ook meer op onze hemelse roeping en op het evangelie, de goede boodschap, die de mensen zo dringend nodig hebben.
Michael Hardt, © Folge mir nach
Geplaatst in: Maatschappij
© Frisse Wateren, FW