Bijlage bij de cursus Het Kruis, les 3
De heerlijkheid van het kruis
Niets is met het kruis te vergelijken: het is zowel de gerechtigheid van God tegenover de zonde alsook Zijn gerechtigheid in het vergeven van de zonde; het is het einde van de wereld van het oordeel en het begin van de wereld van het leven; het is het werk dat de zonden weggenomen heeft en tegelijkertijd de grootste zonde, die ooit begaan is. Het kwade en het goede ontmoeten elkaar aan het kruis; daar wordt het probleem tussen beide beslist, en nu gaat het voor iedereen om de vraag of hij zichzelf beschouwt als behorende tot de wereld die Christus verworpen heeft, of tot Hem die de wereld oordeelt.
Ten eerste, het kruis was de volledige weergave van de boosheid en vijandschap van de mens tegen God, de minachtende verwerping van een God, Die zich in liefde had geopenbaard. Voor Zijn liefde bejegenden zij Hem vijandig, betaalden zij Hem terug met haat. De heersers van het volk en de wereld, het volk zelf, de soldaten, ja zelfs de discipelen bewezen in de verschillende details van de lijdensweg van de Heer Jezus, dat in de mens alleen maar boosheid is. Verder is de macht van satan volledig getoond op het kruis; maar hij werd door de dood teniet gedaan. Zijn bedoelingen en motivaties zijn daar openbaar geworden, zodat hij al geoordeeld is en voor het geloof overwonnen (Joh. 12:31; 16:11; Hebr. 2:14,15).
Zo zien we dan aan het kruis de volmaakte Mens, als nergens anders: volmaakte liefde tot de Vader; volkomen, onvoorwaardelijke gehoorzaamheid, en wel juist op de plaats van de zonde en door het drinken van die verschrikkelijke kelk, die door de zonde zo bitter gemaakt is. Het kruis was de volheid en de voltooiing van alle morele heerlijkheden in Hem; daarom zei Hij juist op het moment dat Judas naar buiten ging om Hem te verraden, wat leidde tot Zijn arrestatie en wat naar veroordeling tot de dood voerde: “Nu is de Zoon des mensen verheerlijkt en God is in Hem verheerlijkt” (Joh. 13:31). De Zoon des mensen was verheerlijkt, doordat Hij de zedelijke schoonheid, die gedurende Zijn hele leven van Hem afstraalde, in al zijn voltooiing voorstelde. Geen straal van deze heerlijkheid mocht in dat uur van Zijn diepste vernedering ontbreken, waarin de laatste straal van deze heerlijkheid zou blinken om hun glans te voleindigen.
Maar God werd verheerlijkt omdat alles wat van Hem was, gehandhaafd en ontvouwd werd. Zijn rechten werden gehandhaafd, Zijn goedheid ontvouwd. Genade en waarheid, gerechtigheid en vrede werden gehandhaafd en bevredigd. Gods waarheid, heiligheid, liefde, majesteit en heerlijkheid – in één woord, alles wat God is, werd op een wijze en in een licht geopenbaard en verheerlijkt, zoals het door niets anders had kunnen gebeuren. “Het kruis is het morele wonder van het heelal”.
Het wegdoen van onze zonden is slechts een klein deel van de heerlijkheid van het kruis; het is het fundament van eeuwige heerlijkheid en geluk, de grondslag voor de “afschaffing van de zonde”, en de verzoening en het herstel van alle dingen (Hebr. 9:26; Joh. 1:29). Het is het middelpunt van het heelal en de maatstaf voor alle dingen. Dit is “het kruis van onze Heer Jezus Christus!” Het staat in de geschiedenis van de eeuwigheid daar alleen. Zijn wonderbaar resultaat is: de mens in Gods heerlijkheid.
Dat onze harten meer daardoor worden beïnvloed en het licht van de heerlijkheid van Christus ons moge verlichten, dat het kruis en de heerlijkheid ervan ons leven zullen vormen (Fil. 3). En moge de zondaars het weten: Zijn kruis doet geen aanspraak op het medegevoel van de mensen, maar op hun geloof. Hoewel voltooid in zwakheid, is het toch de pijler, waarop de schepping van God in eeuwigheid rusten zal.
Geplaatst in: Bijbelcursussen
© Frisse Wateren, FW